Buitenplaatsenroute
Nederland, Utrecht, Oud-Zuilen
- 45
- 62
- 47
- 48
- 49
- 27
- 23
- 85
- 84
- 2
- 25
- 4
- 95
- 20
- 52
- 33
- 2
- 84
- 87
- 46
- 45
In de 17e eeuw (de Gouden Eeuw) bouwden welgestelde Amsterdammers buitenplaatsen langs de Vecht. Rond deze huizen werden siertuinen en parkbossen aangelegd. Veel van die buitenhuizen zijn verdwenen. Een aantal heeft een andere functie gekregen. Zij geven de Vecht een bijzondere charme, die nog eens versterkt wordt door het groen langs de rivier. Het noordelijke deel van de route voert over de oevers van de Vecht en het Amsterdam-Rijnkanaal. Het zuidelijke deel brengt je naar het romantische Slot Zuylen en door de fraaie Molenpolder bij Maarsseveen.
Let op: het is aan te bevelen om de routebeschrijving van tevoren te lezen. De route loopt niet helemaal over knooppunten, vanaf knooppunt 33 is een klein deel beschreven.
Fietsveiligheid route-informatie: houd op deze route rekening met onderstaande punten; pas je snelheid aan, houd rekening met tegenliggers en mederecreanten en ga waar nodig achter elkaar rijden.
• Tussen 45-62-47-48 kun je enkele flinke hobbels in het fietspad tegenkomen.
• Bij knooppunt 62 wordt afstappen bij het bruggetje (bij de 2 molens) aanbevolen
• Tussen 48-49 bevindt zich een (kort) smal traject met bovendien een scherpe, onoverzichtelijke bocht.
• Tussen 85-84 bevindt zich een (kort) smal traject; ga hier achter elkaar fietsen.
• Bij knooppunt 84 wordt afstappen bij het bruggetje aanbevolen
• Tussen 33-84 moet je de routebeschrijving volgen, dus af en toe lezen i.p.v. bordjes volgen.
• Het laaste traject tussen Maarsen en Oud-Zuilen kan erg druk zijn met verkeer.
Toegankelijkheid: deze route is ongeschikt voor extra brede fietsen (driewielers, bakfietsen, etc.).
• Start bij Slot Zuilen (parkeren kost hier ca. 4 euro, gratis parkeren kan aan het Van Tuylplantsoen, enkele minuten fietsen van het kasteel) en fiets via de Dorpsstraat richting Oud-Zuilen. Je rijdt nu op de route naar knooppunt 45.
• Volg de knooppunten 45 - 62 - 47 - 48 - 49 - 27 - 23 - 85 - 84 - 02 - 25 - 04 - 95 - 20 - 52 - 33 - 02.
• Volg vanaf knooppunt 02 kort de bordjes richting 36; volg dan de bordjes richting de veerpont. Ga echter niet naar de pont, maar blijf rechtdoor rijden over de Kanaaldijk Oost naar Breukelen. Steek bij het sluisje (niet te ver doorrijden!) de vaart (gracht) over en sla na het bruggetje direct linksaf (Stationsweg). Het laatste stukje van de Stationsweg is eenrichtingverkeer. Ga hier rechtsaf (Joris Dircksenstraat) en de eerstvolgende straat linksaf (Dudok de Witstraat). Volgende weer linksaf, Straatweg. U pikt nu de knooppuntenroute weer op: ga over de ijzeren ophaalbrug en meteen bij het pleintje rechtsaf en volg de knooppuntenbordjes naar knooppunt 84.
• Volg de knooppunten 84 - 87 - 46 - 45 en ga dan richting 53, terug naar het startpunt bij het kasteel.
Aan de Vecht ligt het landelijke dorpje Oud-Zuilen met het 18e-eeuwse Slot Zuylen. De tuin,met ondermeer een slangenmuur, is een mooi voorbeeld van een besloten kasteeltuin (info: www.slotzuylen.nl, 030 - 244 0255).Op het slot woonde in haar jeugdjaren de bekende 18e eeuwse schrijfster en componiste Belle van Zuylen.
NB, mocht u elders zijn gestart, dan kunt u het Slot Zuylen bereiken door vanaf knooppunt 45 in Oud-Zuilen richting knooppunt 53 te fietsen. Na ca. 1 km ligt het slot links (Slotlaan).
De Vecht speelde een rol bij de ontwatering van de Utrechtse Heuvelrug. Later kreeg de rivier een verbinding met de Rijn. De rivier slingerde zich door het veenlandschap en vormde aan weerszijden van haar stroomgeul oeverwallen en kommen. Op de hogere oeverwallen werden kastelen gebouwd; de rivier stroomde immers door het woelige grensgebied van Holland en Utrecht. Rond die kastelen ontstonden kleine nederzettingen. Door de afdamming van de Rijn bij Wijk bij Duurstede (1122) verloor de Vecht haar wilde karakter en werden de eerste dijken aangelegd. De Vechtstreek – de rivier werd destijds als ‘eene krystallijnen vloedt’ omschreven – kwam in de 17e eeuw bij rijke Amsterdamse kooplieden in trek als woongebied. Vooral in de zomermaanden ontvluchtten zij de overbevolkte en stinkende stad. Kenmerkend zijn dan ook de theekoepels in de tuinen van de buitenplaatsen aan de Vecht.
Na Nieuwersluis, voorbij de Willem III-kazerne, verandert het aanzien van de Vecht. Het brede zandpad is het oude jaagpad tussen Utrecht en Nieuwersluis en gaat over in de Mijndenseweg. Ook dit is een oud jaagpad, maar het werd later aangelegd. De Vecht stroomt hier door een kleinschaliger landschap, met minder buitenhuizen. Ter hoogte van de Loenderveense Molen (1653) ziet u trekgaten en legakkers.
De Waterleidingplas is eigendom van de gemeente Amsterdam en wordt gebruikt voor de drinkwaterwinning van de hoofdstad. In Vreeland, op de grens van het bisdom Utrecht en het graafschap Holland, stond vroeger een belangrijke burcht. Loenen heeft een interessante dorpskern met kerk.
In Nieuwersluis ligt de sluis van het kanaal tussen Vecht en Amstel, de oude vaarroute tussen Amsterdam en Utrecht. Even verderop komt u door de bossen van het landgoed Over-Holland, die tussen de straatweg en het Amsterdam-Rijnkanaal liggen. Het landgoed bestaat uit essenhakhout, weilanden omzoomd door populieren, brede sloten en een mooie beukenlaan. De polders Holland en Sticht bestaan uit blok- en strokenkavels.
In Breukelen steekt u de Vecht weer over en fietst u naar Maarssen. U passeert enkele buitenplaatsen: ridderhofstad Gunterstein(gesloten, maar bos toegankelijk) en de ridderhofstad Oudaen (gesloten). Aan de overzijde van de rivier ligt Nijenrode. Het 17e-eeuwse kasteel, van oorsprong een versterkte woontoren, is in gebruik als Nyenrode Business Universiteit.
Goudestein – nu het gemeentehuis van Maarssen – is het oudste buitenhuis (1628) langs de rivier. In de 18e eeuw is het vernieuwd en kreeg het een Engelse landschapstuin.
Buitenplaats Doornburgh aan de Vecht bestaat al sinds de 17de eeuw. Joan Huydecoper liet in 1637 Elsenburg bouwen en ook de buitenplaatsen Vechtleven en Somersbergen. Deze lagen op het terrein waar nu alleen Buitenplaats Doornburgh nog staat. In 1957 werd het landgoed betrokken door de Reguliere Kanunnikessen van het Heilig Graf. De zusters lieten in 1964 een imposant kloostercomplex bouwen door architect Jan de Jong, leerling van Dom Hans van der Laan van De Bossche School. De architectuur is sober en oogt modern, ondanks dat het inmiddels al meer dan 50 jaar oud is. Een sterk contrast met de klassieke vormgeving van het 18e-eeuwse hoofdhuis.
Delen van het klooster worden beschikbaar gesteld voor ‘residencies’ voor kunstenaars en wetenschappers. Daarnaast biedt de buitenplaats ruimte aan bijzondere evenementen, tentoonstellingen, lezingen, brainstorm sessies etc. In het restaurant dat in het voormalige klooster is gevestigd wordt gekookt met lokale producten. Doornburgh opende eind september 2018 haar deuren. Sindsdien is het park openbaar toegankelijk voor omwonenden en wandelaars. Het historische hoofdhuis van de buitenplaats is regelmatig te bewonderen tijdens een architectuurrondleiding.
Bezoekers kunnen het klooster en tentoonstellingen bezoeken van woensdag t/m zondag, 10:00 – 17:00.