Reclame langs de (snel)wegen
Standpunt ANWB
In de literatuur wordt geen doorslaggevend bewijs gevonden dat reclame-uitingen langs de weg slecht zijn voor de verkeersveiligheid. Alleen als borden letterlijk het zicht ontnemen zijn ze natuurlijk ongewenst. Weggebruikers zijn prima in staat (ook al doen ze dat niet bewust) om juist de relevante signalen op te pikken. Anders zou het rijden in de binnenstad, met al zijn externe prikkels, nagenoeg onmogelijk worden. Reclameborden die lijken op voor de weggebruiker relevante verkeersborden zijn wel verstorend.
Wel slecht voor de verkeersveiligheid zijn: bewegende reclame, erg fel oplichtende reclame (de LED borden langs de snelwegen), en andere reclame-uitingen die de aandacht gedurende langere tijd vasthouden. De aandacht van de weggebruiker mag niet wegdraaien van waar hij hoort (op de weg zelf).
Verstoring van de omgeving
Ook om andere redenen worden borden langs de weg bekritiseerd. Borden kunnen het uitzicht, cq het landschap verstoren. Ze passen niet in de omgeving. Het is een ratjetoe van soorten en maten en uitvoeringen. Veel wegbeheerders (we hebben het dan vooral over Rijkswaterstaat en Provincie) willen die borden kwijt. Soms kunnen provincies borden weren op grond van provinciale verordeningen. Maar er zijn geen wettelijke regelingen.
Voor alle duidelijkheid, het argument van afleiding door die borden is niet het probleem, tenzij reclameborden op een bijzonder complex punt staan.
Positief effect van borden en objecten langs de (snel)weg
De impulsen voor de weggebruikers rijdend op snelwegen zijn relatief gering. Zo gering dat men in Frankrijk langs de doorgaande autoroutes juist elementen (kunstobjecten) toevoegt die de automobilisten alert moeten houden.
(Standpunt ANWB Belangenbehartiging d.d. 08-01-2024)