Rijden met de caravan

Om veilig op pad te gaan met een caravan aan de trekhaak is een goede afstemming tussen auto en caravan het belangrijkste. Zorg verder voor een juiste belading van auto én caravan en let op de kogeldruk.

Rijden met de caravan, controleer voor je wegrijdt:

• of de koppeling goed in de vergrendeling valt
• of de handrembreekkabel goed vastzit
• of de stekker goed is aangebracht en of de verlichting werkt
• of de uitdraaisteunen zijn ingedraaid en het neuswiel is opgetrokken
• of de caravan van de handrem staat
• of de koelkast goed is vergrendeld
• of deuren, ramen en dakluiken dicht zijn
• of de hulpspiegels goed zijn vastgemaakt en afgesteld

Controleer voorts altijd de bandenspanning van auto en caravan. De juiste spanning is afhankelijk van het type band en type caravan. Raadpleeg het instructieboekje of vraag informatie op bij de ANWB Experts Met name de achterbanden van de auto mogen opgepompt worden tot het maximum dat door de fabrikant is opgegeven.

Het nieuwe rijden en de caravan

Pas het nieuwe rijden niet toe als je met de caravan op weg bent. Rijden met de caravan is een hoge belasting van de motor, toepassing van het nieuwe rijden zorgt voor ongunstige bedrijfsomstandigheden. Hierdoor neemt de kans op (schade door) inwendige motorvervuiling toe.

Veilig rijden

De vraag wat een auto-caravan combinatie kan presteren is ondergeschikt aan de vraag met welke combinatie veilig gereden kan worden. Zo kun je dat zelf uitrekenen.

Hoe te reageren in noodsituaties

Gaat je caravan slingeren, verhoog dan nooit de snelheid. De enige remedie is krachtig remmen en gas loslaten. Zet de rit daarna met een lagere snelheid voort. Controleer bij de eerstvolgende parkeerplaats de bandenspanning, belading, kogeldruk en pas dat zonodig aan. Door de ANWB worden cursussen verzorgd voor zowel beginnende als gevorderde caravanrijders. Hier kan je in de praktijk leren hoe je je combinatie ook in noodsituaties kunt beheersen.