Internationaal spoor binnen Europa

Standpunt ANWB

De ANWB volgt al geruime tijd de (plannen voor) het ontwikkelen en verbeteren van het internationale personenvervoer per spoor binnen Europa. De ANWB voorziet een belangrijke rol voor het  internationaal treinverkeer bij het verduurzamen van vrijetijds- en zakelijk verkeer. Meer reizigers per trein en minder reizigers per vliegtuig en auto zorgt voor aanzienlijke CO2-besparingen.

Ontwikkelingen gaan langzaam

De afgelopen jaren zijn zowel vanuit het kabinet als vanuit Europa diverse maatregelen en vooral plannen geïnitieerd om internationale treinreizen voor de reizigers laagdrempeliger en comfortabeler te maken. Dat is hard nodig omdat het boeken van een internationale treinreis nog steeds veel complexer is dan het boeken van een vliegreis en ook de afhandeling van en rechten bij mogelijke verstoringen van de reis ondoorzichtig zijn. Het aantal treinreizigers maakt dan ook niet de groei door die wenselijk is.

Lopende initiatieven zoals de Ticketing Roadmap van de CER en de Strategie Internationaal Spoor vanuit het kabinet hebben o.a. tot doel om dit te verbeteren, en dat juichen wij toe. We merken echter dat het invullen en implementeren van deze Europa-brede initiatieven onvoldoende van de grond komt en zelfs in de praktijk wordt tegen gewerkt waardoor de internationale treinreiziger al te lang amper iets merkt van verbeteringen op deze vlakken.

Wat vindt de ANWB?

1. Er moet meer focus komen op het tijdspad, en op korte termijn al verbeteringen realiseren voor de internationale treinreizigers.
2. Deze verbeteringen omvatten:
   - Reisorganisaties moeten eenvoudiger toegang hebben tot een gestandaardiseerd Europees reserveringssysteem van railvervoerders.
   - Meer harmonisatie van ticketvoorwaarden.
   - De gehele reis kan op één ticket worden gemaakt, ongeacht het aantal vervoerders.
   - Internationale treintickets zijn minimaal 3, en bij voorkeur 9 maanden van tevoren te boeken.
   - Er moet één aanspreekpunt zijn (de verkoper) wanneer er tijdens de reis problemen optreden, ongeacht op welk deel van het traject. Wanneer voor de reis toch meerdere aansluitende tickets nodig zijn, moeten bij een vertraging de tickets voor de aansluitende delen geldig blijven, ook wanneer de reis op een ander tijdstip moet worden voortgezet.
3. Start alvast met overeenkomsten op kleinere schaal dan de hele EU, tussen de vervoerders die tot de koplopers gerekend kunnen worden (waaronder NS International).
   Optimaliseer deze constructies op bovenstaande punten. Een start tussen de Benelux, Duitsland, Frankrijk en Alpenlanden zou een logische eerste stap zijn. De opgedane ervaringen kunnen vervolgens gebruikt worden om een Europa-breed systeem te bespoedigen.
   Op deze manier kunnen reizigers op korte termijn daadwerkelijke verbeteringen ervaren en zal het aantal internationale spoorreizigers groeien. Dit zal nog versterkt worden wanneer de opgedane ervaringen tot een Europa breed toegepast systeem leiden waarbinnen reizigers laagdrempelig hun treinreis kunnen plannen, afleggen, en indien nodig onvoorziene omstandigheden kunnen compenseren.

_{(Standpunt ANWB Belangenbehartiging d.d. 29-09-2023)}