Deltaroute Kroon op de Deltawerken
Nederland, Zeeland, Renesse
- 75
- 76
- 84
- 85
- 83
- 82
- 80
- 81
- 71
- 70
- 72
- 73
- 76
- 75
Duinen, strand en zee lokken toeristen naar het westelijke deel van het vroegere eiland Schouwen. Minder bekend is het aantrekkelijke overgangsgebied tussen duin en polder. Je fietst hier door een afwisselend landschap van bosjes, houtwallen, boomgaarden en besloten stukjes akker- en weiland. Tijdens de nacht van de Watersnoodramp was het juist dit gebied dat onder water stond. De gevolgen van de ramp zijn nog steeds zichtbaar in het landschap. Overal zijn - en worden nog steeds - hogere dijken en duinen gemaakt, maar de kroon op het werk is toch de Oosterscheldekering. Waterbouwkundigen van over de hele wereld komen naar Zeeland om dit staaltje van techniek te bewonderen.
Extra routeaanwijzing: startpunt: fiets vanaf de grote parkeerplaats bij het Transferium rechtsaf naar de rotonde en weer rechtsaf richting centrum/kerk. Volg nu verder de bordjes naar knooppunt 75.
Fietsveiligheid route-informatie: houd op deze route rekening met onderstaande punten; pas je snelheid aan, houd rekening met tegenliggers en mederecreanten en ga waar nodig achter elkaar rijden.
• Tussen 82-80 gaat de route voor ca. 1 km over een onverharde weg (zandspoor) met gras in het midden.
• Tussen 81-71 gaat de route voor ca. 2 km lang over een schelpenpad met los liggende schelpen; pas je snelheid hierop aan. Ook bevinden zich net voor 71 paaltjes midden op het fietspad.
• Tussen 71-70 maakt de route op het einde van het fietspad een zig-zag; hier bevinden zich paaltjes midden op het fietspad.
• Tussen 70-72 is het pad door de Dominale Bossen vrij onoverzichtelijk door de bochten en is het pad bovendien vrij smal; ga hier achter elkaar rijden. Ook bevinden zich bij de ingang van de boswachterij paaltjes op het fietspad.
• Tussen 73-76 bevat de route twee zeer steile hellingen (25%); stap hier zo nodig af.
Toegankelijkheid: deze route is in principe geschikt voor extra brede fietsen (driewielers, bakfietsen, etc.), mits je rekening houdt met bovenstaande punten.
Voorbij de drukke badplaats Renesse ligt het 13e-eeuwse Slot Moermond (bij knooppunt 75 even van de route af, 500 m richting 77). Het slot verkeerde na de Watersnoodramp in vervallen staat, maar is in oude luister hersteld. Ook het bos werd opnieuw aangeplant. Het slot is niet te bezichtigen maar op het landgoed kan worden gewandeld en in de orangerie is een restaurant gevestigd (Landgoed Moermond, Laone 12, Renesse, www.fletcherlandgoedhotelrenesse.nl).
Om superstormen – stormen die eens in de 4000 jaar voorkomen – te kunnen doorstaan is er de afgelopen jaren hard gewerkt aan versterking van de duinen bij het Noorderstrand bij Renesse. Er is 240.000 m3 zand op het bestaande duin aangebracht zodat de duintop nu een gemiddelde hoogte heeft van 13 meter boven NAP. Deze enorme klus werd bemoeilijkt omdat een deel van het duin natuurgebied is waardoor onder begeleiding van ecologen maatregelen zijn getroffen om flora en fauna zo veel mogelijk te beschermen. En dit is heel goed gelukt. Nu ligt er een mooi, nieuw en veilig duingebied met ruimte voor natuur en recreatie!
Het beboste krekengebied Schelphoek is ontstaan door in- en uitstromend zeewater na een dijkdoorbraak tijdens de Watersnoodramp van 1953. In de maanden na de ramp bleek het gat in de dijk alleen maar groter te worden. Om het onder water gelopen gebied werd in augustus 1953 een ringdijk aangelegd en afgesloten met caissons. Bij Schelphoek ligt één betonnen Phoenix-caisson die herinnert aan het dichten van het gat in de dijk. Het brakke binnendijkse gebied is nu natuurgebied en toegankelijk voor recreanten. Eind 2014 werd de dijk tussen Schelphoek en Burghsluis verzwaard. De waterkering is nu weer sterk genoeg om een superstorm te kunnen doorstaan.
Als stille getuige van de terugwijkende Schouwse kust staat de Plompetoren op de Oosterscheldedijk (rechts van de dijk tussen knooppunt 81 en 71). De toren hoorde ooit bij de kerk van het dorp Koudekerke, dat in 1581 in de golven verdween. De erachter gelegen inlaag staat bekend om de vele kluten en andere watervogels (Informatiecentrum Plompetoren, Koudekerkseweg 12, Burgh-Haamstede, www.plompetoren.nl, dag. 9-18 uur).
De Oosterscheldekering wordt beschouwd als de kroon op de Deltawerken (bij knooppunt 70). Ook internationaal wordt de stormvloedkering nog steeds gezien als het neusje van de zalm op het gebied van watermanagement. In de oorspronkelijke plannen zou de Oosterschelde door een dam worden afgesloten van de Noordzee. Hierdoor zou de Oosterschelde op den duur zoet worden met als gevolg dat een groot deel van de zoutwaterdieren en -planten zou verdwijnen. Maar ook de oester- en mosselindustrie en de visserij zouden verloren gaan. In 1979 werd daarom besloten om niet een gesloten dam te bouwen, maar een stormvloedkering die slechts bij zwaar weer of extreem hoog water gesloten wordt. De overige tijd staat de kering gewoon open en kan het getij zijn werk doen. Het afsluitbare deel van de stormvloedkering is bijna 3 kilometer lang en heeft drie sluitgaten: Roompot, Hammen en Schaar. De basis van de kering zijn de 65 enorme pijlers. Tussen deze pijlers hangen schuiven die omhoog en omlaag bewegen. Om een indruk te krijgen van de omvang van het project: de pijlers zijn 30-40 meter hoog en wegen tot 18.000 ton, de schuiven zijn 42 meter lang en tussen de 6 en 12 meter hoog met een gewicht van tussen de 260 en 480 ton. De grootste schuif sluiten duurt 82 minuten!
Als u meer te weten wilt komen over de Oosterscheldekering, dan mag u Neeltje Jans niet missen. Fiets bij knooppunt 70 rechtdoor richting knooppunt 4. Na ongeveer 4 kilometer komt u bij het voormalige werkeiland Neeltje Jans. Hier is een groot informatiecentrum over de Watersnoodramp en de Deltawerken. Verder zijn er activiteiten voor alle leeftijden; zo is er een waterspeelplaats, een waterglijbaan en orkaanmachine, een zeehondenshow en een aquarium (Deltapark Neeltje Jans, Faelweg 5, Vrouwenpolder, www.neeltjejans.nl, apr-okt dag 10-17 uur).
De duinen bij Westenschouwen zijn in de jaren 20 en 30 van de 20e eeuw bebost. Boeren hadden veel last van duinzand dat op hun akkers waaide. De aanplant van naaldbomen ging de verstuiving tegen. Nu is Boswachterij Westenschouwen met 350 hectare bos het grootste bosgebied van Zeeland. Staatsbosbeheer vergroot de variatie door spontaan opgeschoten loofbomen te laten staan of jonge loofbomen te planten. Er is een goed informatiecentrum waar excursies worden georganiseerd, een klimbos is aangelegd en koffie en limonade te krijgen zijn (aan de route, net buiten het dorp: Excursieschuur Westenschouwen, Kraaijensteinweg 140, Westenschouwen, openingstijden op www.staatsbosbeheer.nl).
De badplaatsen Burgh en Haamstede zijn geheel met elkaar vergroeid. Toch zijn de beide kernen nog goed herkenbaar, doordat ze een eigen kerkring hebben. In Haamstede ligt Slot Haamstede (12e eeuw) dat eigendom is van Natuurmonumenten. Het bijbehorende parkbos grenst aan de Zeepeduinen, een mozaïek van bossen, struwelen en graslanden, dat wordt begraasd door pony’s (Slot Haamstede, Ring 2, Burgh-Haamstede, www.natuurmonumenten.nl).
Voorbij Haamstede, richting Vliegveld, ligt Nieuw-Haamstede. U kunt hier van de route afwijken en een blik werpen op de beroemde vuurtoren die vroeger op het briefje van 250 gulden stond. Ga op de Kloosterweg rechtdoor bij de ANWB-wegwijzer richting Vuurtoren (de route gaat rechtsaf op de Maireweg richting knooppunt 76) voor dit 5,5 km lange extra rondje.
Tussen Haamstede en Renesse lagen glooiende duingraslanden (vroongronden) die af en toe werden beweid met schapen en jongvee. Veel van deze voedselarme graslanden zijn omgezet in kleine akkers en intensief beweide graslanden. Het duin werd ‘gladgestreken’ en de duinplaggen werden rondom de percelen gelegd; zo ontstonden walletjes met struikgewas, een ideale afrastering voor het vee. In Natuurreservaat Vroongronden is het beheer gericht op voedselarme duinplanten.