Lebuïnusroute
Nederland, Overijssel, Deventer
- 62
- 64
- 24
- 55
- 66
- 67
- 81
- 80
- 89
- 87
- 86
- 83
- 43
- 62
Deze route is genoemd naar de Angelsaksische prediker Lebuïnus, die in 775 een kerkje stichtte op de plek waar nu de gotische Grote of Lebuïnuskerk van Deventer staat. De plaats zelf noemde hij Daventre naar zijn eigen plaats van herkomst, Daventry, ten zuiden van Leicester. Deventer werd een van de belangrijkste Hanzesteden van ons land. De Hanze was een handelsverbond dat Hamburg, Bremen en Lübeck in 1230 met elkaar aangingen en dat uitgroeide tot een handelsorganisatie van circa 180 Hanzesteden in Noord- en West-Europa.
TIP: de Q-Park (P+R Handelskade) vlak bij het startpunt is betaald parkeren. Gratis zijn De Worp aan de overzijde van de IJssel (pontje naar het centrum van Deventn knoer eopunt 24) en de parkeerplaats op de hoek Timmermansweg/Lindeboomsweg in Schalkhaar (bij knooppunt 83).
Fietsveiligheid route-informatie: houd op deze route rekening met onderstaande punten; pas je snelheid aan, houd rekening met tegenliggers en ga waar nodig achter elkaar rijden.
• Op de trajecten 62-64-24-55 en 43-62 (aan het begin en einde) gaat de route door de bebouwde kom van Deventer. Ga hier bij voorkeur achter elkaar fietsen vanwege de drukte in combinatie met de enigszins smalle fietspaden.
• Tussen knooppunt 55-66 bevindt zich een traject over een slechte zandweg met kuilen; deze kan mul worden bij droog weer en modderig na regenval; daarnaast wordt hier ook hard gereden door passerende auto’s.
• Tussen knooppunt 67-81 bevindt zich halverwege een smal zandfietspad met ernaast een zandweg; beide kunnen bij droog weer mul en na regenval modderig worden.
• Tussen de knooppunten 62-64, 55-66 en 67-81 bevinden zich drukke kruispunten, kijk hier goed uit.
Toegankelijkheid: deze route is in principe geschikt voor extra brede fietsen (driewielers, bakfietsen, etc.), mits men rekening houdt met bovengenoemde punten (slechte zandwegen en het smalle traject tussen 67-81).
Deventer is ontstaan aan de voet van een rivierduin op de oostelijke oever van de IJssel, bij de monding van de Schipbeek (parallel aan de A1, niet aan de route). De bevaarbaar gemaakte Schipbeek was essentieel voor de handelspositie, want alleen de IJsselsteden die een handelsroute over water hadden, konden met het Duitse achterland concurreren. De IJssel zelf was ook een belangrijke vaarroute. Vroeger konden daar zelfs zeeschepen komen. Bovendien was er ook nog de hessenweg, een eeuwenoude handelsroute over land, van Utrecht via Deventer naar Duitsland.
Behalve een belangrijk handelscentrum was Deventer ook een centrum van geestelijke vernieuwing. Iets links van de route stond het vrouwenklooster van Diepenveen. De huidige hervormde kerk was de kapel van dat klooster, dat gesticht is door de aanhangers van Geert Groote (1340-1384). Deze zoon van een schepen (stadsbestuurder) van Deventer werd de grondlegger van de godsdienstige hervormingsbeweging de Moderne Devotie, die de nadruk legde op praktische levenswijsheid en persoonlijke ascese. Zijn aanhangers verenigden zich als Broeders en Zusters des Gemenen Levens en stichtten nog meer kloosters in en rond Deventer.
Voorbij Diepenveen verlaat u het rivierenlandschap en bereikt u het dekzandlandschap van het Sallandse achterland. Omdat het land in dit deel van Zuid-Salland vrij nat is en dus niet erg geschikt is voor landbouw, werden er vaak landgoederen aangelegd. Hier liggen er drie vlak bij elkaar: De Kranenkamp, De Veldhuizen en De Hoek. De Averlose Houtweg doorsnijdt deze landgoederen. De Kranenkamp werd vermoedelijk rond 1600 aangelegd. Het landhuis is in 1935 afgebroken. De bijbehorende boerderij is er nog wel. Het ertegenover gelegen landgoed De Hoek bezit nog steeds een statig landhuis.
Even voorbij de afslag naar de Kranekampsweg naar knooppunt 81 ligt links aan de Raalterweg de oprijlaan naar de voormalige Abdij Sion. In 2015 verlieten de laatste trappisten hun te groot geworden kloostercomplex. Een deel vestigde zich op Schiermonnikoog, een andere groep verhuisde naar naar de trappsitenabdij van Westmalle. De kloostergebouwen zijn nu eigendom van de Stichting Nieuw Sion, die het complex wil omvormen tot een bezinningsoord. Elke 4e zondag van de maand wordt er een rondleiding gegeven op het terrein en in het kloostergebouw van (voormalige) Abdij Sion.
De dekzandruggen van het Sallandse achterland, die ruim 10.000 jaar geleden door zandstormen werden gevormd, liggen in oost-westrichting. Op de hoogste ruggen liggen al eeuwenlang boerderijen. Het land is er nat, zoals blijkt uit een naam als Avergoorsedijk (even na knooppunt 81). Het waren vooral katers of keuterboertjes die er een moeizaam bestaan leidden. De naam Schalkhaar wijst op de aanwezigheid van een zandrug én van slecht bouwland (haar = zandhoogte, schalk zou een oud woord zijn voor schrale grond).
Het 19e-eeuwse Overijssels Kanaal met zijn ophaalbruggen en bijbehorende brugwachterswoningen is een markant element in het oude hoevelandschap van Midden-Salland. Dit kanaal, dat met veel mankracht en ‘met de hand’ werd gegraven, gaf Deventer vanaf 1858 een betere verbinding met Zwolle en de Zuiderzee dan de Regge en de Vecht met hun vele bochten en wisselende waterstanden. Na de sluiting voor scheepvaart in 1988 is het kanaal een belangrijk natuurgebied geworden. Zo bieden de rietkragen en de boomsingels met hun weelderige onderbegroeiing broedgelegenheid aan allerlei vogelsoorten.