Redders op zee-route Vlieland
Nederland, Friesland, Oost-Vlieland
De uitgestrekte zandgronden bij de Vliehors en het verraderlijke Stortemelk bij Vlieland hebben door de eeuwen heen al heel wat schepen in gevaar gebracht. Vandaar dat Vlieland al snel na de oprichting van de KNRM in 1824 zijn eigen reddingstation kreeg. Deze fietsroute begint bij het moderne KNRM boothuis in de jachthaven en neemt je mee door de reddinggeschiedenis van het eiland. Langs oude reddingbootschuren, naar het Reddingbootpad richting Vliehors en langs plekken waar drenkelingen op allerlei manieren geëerd worden.
Deze route is gemaakt in samenwerking met de Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij (KNRM).
Let op: op Vlieland is geen fietsknooppuntensysteem, volg de routebeschrijving.
Fietsveiligheid: tijdens extreem natte periodes kunnen delen van fietspaden onder water staan. Dit wordt op tijd aangegeven met waarschuwingsborden.
Toegankelijkheid: deze route is in principe geschikt voor alle fietsen (extra brede, driewielers, bakfietsen, etc.).
1. Vanuit KNRM reddingstation Vlieland (rug naar gebouw) RA. Op kruising RA en bij jachthaven RA, klinkerpad volgen langs jachthaven. Bij eerste pad aan rechterhand links aanhouden (ri. ‘Dorp’), volgende afslag RA (ri. ‘Fietsers Dorp’). Bij kruising (paddenstoel 23219) LA ri. Dorp.
2. Bij VVV aan rechterhand en Veerhaven Rederij Doeksen aan linkerhand: RD, Havenweg (wordt Dorpsstraat). In de zomerperiode is de Dorpsstraat gedeeltelijk fietsvrij, dan afstappen en met de fiets aan de hand door de Dorpsstraat. Je passeert aan de rechterhand Badhotel Bruin, waar vroeger drenkelingen werden opgevangen, en later aan de linkerhand Museum Tromp’s Huys. Hierna tweede weg RA, Kerkeglop, en RD naar de Nicolaaskerk.
3. Vanuit uitgang Nicolaaskerk (rug naar ingang kerk) RA, Nieuwestraat. Einde straat (bij bushalte ‘Vuurtoren’) LA. Bij weg aan linkerhand (Dorpsstraat) rechts aanhouden, weg volgen die naar Waddenzee draait, Postweg. Eerste weg RA (klinkerweg) en bij fietspad aan linkerhand rechts aanhouden. De weg leidt omhoog naar de vuurtoren van Vlieland.
4. Keer bij de vuurtoren weer om, zelfde weg naar beneden, maar sla nu vlak voor de geasfalteerde Postweg RA het fietspad in (bij bordje ‘fietspad’/houten slagboom, schelpenpad). Houd op Y-splitsing links aan (schelpenpad). Op T-kruising schelpenpaden (bij bordje ‘geen toegang met loslopende honden’) LA.
5. Op T-kruising met geasfalteerde weg RA, Postweg. Bij bushalte ‘Lange Paal’ RD weg vervolgen, bij bushalte ‘Nieuwe Kooi’ RD weg vervolgen. Let op als de weg het bos invoert aan de linkerhand op het bordje ‘vogelkijkhut’. Hier vind je een uitzichtpunt en de kleine begraafplaats Dodemansbol.
6. De weg voert verder naar het Posthuys en een voormalige reddingbootschuur bij het Posthuys. Volg RD de geasfalteerde weg links van het Posthuys tot het einde van de weg bij het bord Vliehors Range. Aan de rechterhand ligt het Reddingbootpad naar het strand/ri. Vliehors.
7. Volg dezelfde weg terug en sla na het Posthuys (paddenstoel 21753) LA. Eerste fietspad aan rechterhand (paddenstoel 21752) RA fietspad in dat door de duinen slingert. Bij kruising met klinkerpad/opgang strand (paddenstoel 21754) RD. Bij paddenstoel 21774 LA. Bij Y-splitsing schelpenpaden (paddenstoel 21776) LA ri. Stelling 12H (Bunkermuseum).
8. Na Bunkermuseum en houten slagboom bij vakantiehuisjes op driesprong links aanhouden. Bij bushalte ‘Ankerplaats’ RD over verharde weg blijven fietsen tot de kruising. Op kruising (bij bushalte Badweg) LA naar de oude reddingbootschuur aan de Badweg, tegenwoordig in gebruik als kunstgalerie.
9. Keer bij de reddingbootschuur weer om en rijd terug naar de kruising (bij bushalte Badweg). Sla hier LA (ri. Stortemelk) en ga bij het eerste fietspad RA het bos in. Sla op kruising met klinkerstenen LA (klinkerpad, wordt schelpenpad).
10. Einde pad (bij bushalte ‘Stortemelk’) RA en bij paddenstoel 23218 RD. Eerste fietspad LA (schelpenpad). Op T-kruising met klinkerweg (Fortweg, paddenstoel 23220) RA en weg blijven volgen die naar de jachthaven leidt, het startpunt van deze fietsroute.
In 2024 bestaat de Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij (KNRM) 200 jaar. Een indrukwekkende mijlpaal. Al twee eeuwen lang staat de KNRM paraat voor iedereen die in de problemen komt op het water. Of het nu een zeeman in nood is, een vermiste surfer of een zeiljacht met een gebroken mast door harde wind, de bemanning van de reddingboten is 24 uur per dag stand-by om levens te redden, ongeacht de weersomstandigheden.
In 1824 was het redden van schipbreukelingen verre van vanzelfsprekend. Het kostte een tragische scheepsramp en een zeldzame reddingspoging, waarbij zes redders verdronken, voordat er een georganiseerd reddingswezen met reddingstations langs de kust ontstond. Er is veel veranderd in die 200 jaar: van roeireddingboten naar snelle motorboten en van kurken reddingvesten naar speciale overlevingspakken. Wat door de jaren heen onveranderd is gebleven, is dat KNRM’ers het werk geheel kosteloos en vrijwillig doen. De KNRM opereert al sinds de oprichting zonder steun van de overheid en kan haar levensreddende werk doen dankzij donateurs, nalatenschappen en giften.
Rond Vlieland vergingen tot de 19e eeuw bij stormweer veel schepen, die via de Waddenzee en de Zuiderzee onderweg waren naar Amsterdam. Inmiddels is de scheepvaart veel veiliger geworden, maar toerisme en watersport zorgen jaarlijks nog steeds voor veel hulpverleningen. Het reddingstation in de jachthaven van Vlieland is daarom voorzien van alle reddingmiddelen die nodig zijn voor hulp op zee, op het strand en in het duin. Reddingstation Vlieland wordt gemiddeld vijftig keer per jaar gealarmeerd.
Het Tromp’s Huys stamt uit 1575 en is daarmee het oudste pand van Oost-Vlieland. Ooit hield de Commissaris op het Vlije, die belast was met het toezicht op de scheepvaart, in dit pand kantoor. Nu is het een museum, waarin onder andere werk hangt van de laatste bewoonster van dit pand, zeeschilderes Betzy Akersloot-Berg. Bezoek ook de zolder, waar schilderijen, foto’s en krantenknipsels hangen van de verschillende strandingen op Vlieland. Bijvoorbeeld het Noorse schip De Perlen, dat in 1897 tijdens een noordwesterstorm strandde op de Vliehors. Reddingwerkers wisten negen van de tien opvarenden levend aan wal te brengen.
Zelfs de kerk van Oost-Vlieland is verbonden met de zee. De monumentale kerk uit 1640 is namelijk ingericht met gejut hout. Zo zijn de houten pilaren gemaakt van een oude scheepsmast en is de preekstoel gemaakt van gejutte deuren. Je kunt de sleutelgaten er zelfs nog in zien zitten. Ook bijzonder zijn de grafmonumenten bij de ingang van de kerk. De oudste zerk stamt uit 1575 en is gemaakt van de onderkaak van een Groenlandse walvis. Op het kerkhof achter de kerk hebben veel drenkelingen hun laatste rustplaats gekregen, zoals Lancelot Skynner, kapitein van De Lutine, een fregat dat in 1799 met een kostbare lading zilver en goud verging ten noorden van Vlieland.
De bewoners noemen hun vuurtoren ook wel ‘de Rode Kabouter’. En inderdaad is de vuurtoren met zijn krappe 17 meter niet groot. Dat hoeft ook niet, want de toren staat bovenop het 42 meter hoge Vuurboetsduin. De toren stamt uit 1909. Voor het eiland zijn eigen vuurtoren kreeg, werden op het duin al vuren gestookt om zeelieden de weg te wijzen. De naam van het duin verwijst naar die tijd. Op het duin stond namelijk een boet (schuur), waarin de brandstof voor de vuren werd bewaard. De vuurtoren is geopend voor publiek.
Tegenover het Bomenland, in de berm van de Postweg, vind je een klein monumentje. Het is een zeemansgraf, een van de kleinste van ons land. Volgens de overlevering strandde in de zeventiende eeuw voor de kust van Vlieland een vrachtschip uit het Spaanse Malaga. Omdat er aan boord pest heerste, vermeden de dorpelingen elk contact met de drenkelingen. Die trokken zich vervolgens terug in een duinvallei. Begin vorige eeuw werden tijdens werkzaamheden in het Bomenland de overblijfselen van de overleden opvarenden ontdekt. Voor hen is in 1907 dit kleine monument opgericht.
Voor het Posthuys staat een voormalige reddingbootschuur. Het boothuis werd hier in 1850 geplaatst, nadat het jaar daarvoor het oude boothuis, compleet met boot en bootwagen, door hoog water verloren was vergaan. Vier paarden trokken de reddingboot op een kar vanuit hier naar de zee. Als je vanuit het Posthuys richting Vliehors fietst, volg je hun route. De strandopgang aan het eind van deze weg heet nog steeds ‘het Reddingbootpad’. In de 20e eeuw werden de paarden vervangen door een tractor. Uiteindelijk werd het reddingstation in 1989 opgeheven. De reddingbootschuur is in 2005 gerestaureerd.
De Vliehors is een enorme zandvlakte van 20 vierkante kilometer. Vroeger liepen hier geregeld schepen vast. Tijdens de heftige oktoberstorm in 1824, die de directe aanleiding was voor de oprichting van de Redding Maatschappij, strandden er maar liefst vier schepen op de Vliehors. Vandaar dat Vlieland al snel na de oprichting van de KNRM een eigen reddingstation kreeg. De Vliehors is nu een militair oefenterrein. Als in het weekend de vlaggen naar beneden zijn, is het gebied vrij toegankelijk. Of boek een ticket met de Vliehors Expres, die een twee uur durende rondrit over de Vliehors maakt, inclusief een stop bij een historisch drenkelingenhuisje.
De eerste roeireddingboot van Vlieland was in 1825 gestationeerd in een loods in het dorp. Dat bleek niet ideaal. Bij alarm waren de redders soms urenlang bezig om met de boot en vier paarden bij het strand te komen. Vandaar dat er in 1894 een reddingbootschuur kwam aan het einde van de Badweg, vlak voor de laatste duinenrij. Het bakstenen boothuis is nu een Rijksmonument en is in 2001 volledig gerestaureerd.