Zelhemroute
Nederland, Gelderland, Zelhem
- 3
- 2
- 1
- 72
- 73
- 74
- 22
- 8
- 9
- 7
- 10
- 6
- 4
- 43
- 41
- 11
- 3
De Achterhoek is vermaard om zijn verscheidenheid aan landschappen. De gemeente Zelhem is de Achterhoek in een notendop, want deze gemeente telt maar liefst zes landschapstypen. De Zelhemroute voert door vier verschillende landschappen: de groene landgoederenzone, het grootschalige essenlandschap, de kampen – een kamp is een kleine verhoging in het gebied – en het jonge ontginninglandschap. Deze laatste streek bestond voor 1920 nog uit heide (Halle-Heide) en veen (Wolfersveen).
Fietsveiligheid route-informatie:
• Tussen de knooppunten 02-01-72-73 (traject door het bos) bevat de route enkele lange en smalle zandpaden met kuilen, die bij droog weer mul en bij nat weer modderig kunnen zijn. Pas je snelheid aan, houd rekening met tegenliggers en mederecreanten en ga zo nodig achter elkaar rijden, of stap af (bij mul zand).
• Op de landwegen (zonder afgescheiden fietspad) wordt soms hard gereden door het overige verkeer; wees hierop bedacht en blijf goed rechts rijden.
Toegankelijkheid: deze route is ongeschikt voor extra brede fietsen (driewielers, bakfietsen, etc.) vanwege bovengenoemde smalle zandpaden.
Landgoed ’t Zand valt historisch gezien niet onder de authentieke landgoederen (zoals het zuidelijker gelegen Kasteel Slangenburg), al heeft het wel dat statige uiterlijk met zijn lanen en bossen. Eigenlijk behoort ’t Zand tot de jonge heideontginningen in de zandverstuivingen. In 1822 kocht baron Van der Heiden van Baak het terrein voor 9000 gulden en liet er veel bos aanplanten. In het noordelijke deel ligt een fraai heideterrein met een kleine waterpartij. Hier leeft de zeldzame, levendbarende hagedis en groeit de zeldzame zandzegge. Deze taaie plant, die voldoende had aan de droge, voedselarme bodem, groeide al voor de aanleg van het landgoed op de zandverstuiving. Nu weet hij zelfs in de donkere bossen te overleven.
De Tolhut is een boerderijherberg met historie. Al in 1500 werd hier door een zekere Derk Rosengaarden tol van passanten geïnd. De herberg lag op een strategische plek, een kruispunt van handelswegen in een moeilijk begaanbaar moerasgebied. Als de wegen begaanbaar waren, mocht er tol worden geheven. Tegenwoordig wordt er al lang geen tol meer geheven, maar vele generaties hebben de traditie van herberg voortgezet. De boerderij werd in 1934 verbouwd, waarmee het huidige café haar gezicht kreeg. Op dit moment zwaait Thea Overbeek (Tolhutten Thea) de scepter in het café.
Voor 1800 was Boerderij Quatre Bras (even ten noorden van knooppunt 04 op de hoek Bielemansdijk – Aaltenseweg) een pleisterplaats voor paardenkopers uit Duitsland. Onderweg naar de paardenmarkt in Hengelo kwamen zij erlangs. In de tijd van Napoleon verwierf de boerderij zijn naam (‘vier armen’). Het was een herkenningspunt voor de legers.
Natuurgebied de Heidenhoeksevloed maakt deel uit van een ecologische verbindingszone van kleine natuurgebiedjes tussen Landgoed Slangenburg en de landgoederen van Hummelo en Laag-Keppel. Op voormalige landbouwgronden wordt sinds 1997 natuur ontwikkeld en is veel van de oorspronkelijke beekdalbegroeiing weer teruggekomen. In 2002 is er het Boelekeerspad aangelegd, een 6 km lange en zeer gevarieerde wandelroute door het gebied.
In het coulisselandschap van bossen en weiden in het buitengebied van Zelhem wordt op de dekzandgronden ook wijn verbouwd. Aan de rand van natuurgebied de Heidenhoeksevloed ligt Wijngaard de Oogsthoek. In de bijbehorende wijnwinkel kan men terecht voor heerlijke Achterhoekse wijn (Nijmansedijk 9a, www.wijngaarddeoogsthoek.nl, mei-sept. vr. en za.).
Aan de zuidkant van Zelhem fietst u over de Heidenhoekseweg door een karakteristiek Kampenlandschap. Dit is een kleinschalig landschap met kleinere open ruimten, houtwallen, erfbeplanting en bosjes. Aan de rand van Zelhem liggen ook enkele fraaie essencomplex, die sinds de middeleeuwen zijn ontstaan. Dit zijn grote akkercomplexen die ieder jaar met plaggenbemesting werden opgehoogd, waardoor een glooiend landschap ontstond. De essen zijn ook nu nog in het landschap te herkennen aan hun bolle vorm.