In adellijke kringen
Nederland, Limburg, Valkenburg aan de Geul
Alles wat een sterveling van ‘boven de rivieren’ voor ogen komt bij de gedachte aan Zuid-Limburg is inbegrepen: heuvels, holle wegen, mergelwanden, wegkruisen, kapellen en hellingbossen. En bij hellingbossen – de naam zegt het al – horen hellingen. Vogelgekwetter, een klingelende kerkklok en het ritme van uw eigen ademhaling is al wat u hoort. Een aantal kastelen zorgt voor het nodige cachet. Hun mergelstenen torens verschijnen tussen het groene lover, hun muren en statige oprijlanen verhalen van machtige heersers van toen. In de laatste afdaling nadert het levendige Valkenburg. Wars van drukte? Buiten het hoogseizoen is het een stuk rustiger.
Let op! Als gevolg van de overstromingen in Limburg kunnen delen van deze route (door Valkenburg en langs de Geul) niet toegankelijk zijn. Check van tevoren de actuele situatie op de site van Visit Zuid-Limburg.
NB: Dit is een pittige wandeling door heuvelachtige terrein. Een goed conditie en goede wandelschoenen zijn noodzakelijk.
Hond mee: tijdens deze hele route mogen de honden veel los. Het kan zijn dat er enkele keer een bordje staat dat de honden aangelijnd moeten zijn i.v.m. wilde zwijnen. In de bebouwde kom is het aan te raden honden aangelijnd te houden.
Toegankelijkheid: deze route is niet geschikt voor mindervaliden, vanwege de vaak smalle en onverharde (bos)paden, heuvelachtige landschap en trappen.
Paden: 60% onverhard (bospaden): houd rekening met flink veel hoogteverschillen!
Bij het startpunt van de route kunt u betaald parkeren (1,90 per uur).
1. Vanaf de bushalte, met je rug naar het parkeerterrein, ga je ra. Net voor het bruggetje over de Geul ra, volg de groene paaltjes. Ga bij het volgende bruggetje la.
2. Achteringang van kasteel Oost negeren, einde weg ra. Je volgt de gele paaltjes vanaf het geologisch monument van groeve kasteel Oost. Bij de drie beeldjes ra, over de brug en door de beukenlaan naar de levensboom en de kasteeltuin Oud-Valkenburg met Sjaloens Meule. Aan het eind van de oprit van kasteel Schaloen ga je op de openbare weg even la, voor de kerk la en dezelfde weg weer terug (door aar de kerk te lopen en terug zie je Kasteel Genhoef, dit is wel privé bezit; geen toegang na de poort).
3. Terug bij de afslag naar kasteel Schaloen sla je la, langs de Sint Jansboskapel. Je volgt – nog steeds – de gele paaltjes. In het bos beklim je een steil trappetje rechts van de weg. Hierna eerst een stukje langs de bosrand (mooi uitzicht op Schaloen en Valkenburg), en dan volg je de gele route door het bos tot je in een straat van Valkenburg (Sibbergrubbe) belandt.
4. Loop la tot je, net voorbij het ‘einde bebouwde kom’-bord, aan je rechterhand een smal pad met een blauw paaltje ziet. Je gaat ra omhoog en volgt de blauwe route. Op de asfaltweg ra en eerste bospad la. Blijf de blauwe route volgen tot de Daalhemerweg met rechts de steenkolenmijn Valkenburg. Je steekt het parkeerterrein recht over. Je ziet het blauwe paaltje aan de rand van struinboomgaard Konijnengracht. Je slaat ra en volgt de blauwe route. Na het tweede draaihekje wat schuin rechts aanhouden (niet de MTB-route). Rechts door klaphekje en vervolgens langs ijzeren poort. Iets verderop bij open veld weer rechts aanhouden, langs ijzeren poort. In Valkenburg op de Daalhemmerweg ra en direct daarna la. De route voert via een trap omhoog (even om de omgevallen boom heenlopen, let op prikkeldraad), langs de kasteelruïne en een trap omlaag. Aan het eind van de trap ra en bij de eerste straat la en je bent weer terug bij het startpunt.
Stenen leeuwen met opengesperde bek sieren de pilaren van het toegangshek tot het okerkleurige gebouw van kasteel Oost. Mogelijk komt de naam ‘Oost’ van het Keltische ‘Oss’, dat waterloop betekent. De naam ‘Oost’ duikt voor het eerst op in 1563 als hoeve. 25 jaar later wordt het voorname pand voor het eerst aangeduid als Kasteel Oost. De laatste en meteen bekendste adellijke bewoonster is barones Von Schrader. Haar echtgenoot zou verwikkeld zijn geweest in een reeks pikante intriges rond het Pruisische hof en als gevolg daarvan tijdens een duel om het leven zijn gekomen. Na zijn dood in 1896 woont de barones ‘op Oost’. Zij overleeft hem maar liefst 45 jaren en sterft in 1941 op 94-jarige leeftijd. Haar graf is te vinden bij de kerk in Schin op Geul.
Vóór de komst van de Romeinen gebruikten bewoners al Limburgse mergel om hun akkers en weilanden mee te bemesten. Vanaf de Romeinse tijd wordt het krijtgesteente ook veelvuldig verwerkt als bouwmateriaal. Groeve kasteel Oost is zo’n locatie waar de mergel in het verleden is gewonnen.
De beeldengroep-in-pastel, in de volksmond ‘de drie beeldjes’, werd vroeger ‘de Calvariegroep’ genoemd. Het middelste kruisbeeld wordt geflankeerd door twee kapellen. In het linker kapelletje ziet u een beeld van Maria, in het rechter een beeld van Johannes. En eigenlijk zijn het vier beelden. In een mininis met tralies onder het kruis staat een beeldje van de Heilige Rochus, die werd aangeroepen bij de pest. Hoe raken de beelden verzeild op deze plek aan de bosrand? Een oude legende vertelt: Het is het jaar 1739. De graaf van kasteel Schaloen, een zekere Maximilianus Henricus Hoen de Cartils, komt steeds vaker onverrichter zake terug van de jacht, zijn paarden en honden doodsbang. De boze geest Ruprecht heeft ze, zittend op zijn spookpaard, weer eens de stuipen op het lijf gejaagd. De dieren blijven telkens stokstijf staan bij de enig doorwaadbare plaats bij de Geul. Vertwijfeld gaat de graaf naar kluizenaar Arnoldus Haesen op de Schaesberg. Na lang wikken en wegen geeft Arnoldus de graaf de raad drie beelden te plaatsen aan de oever van de Geul. Zij zullen Ruprecht verdrijven. En zo geschiedt. Maximilianus geeft opdracht de beelden te maken, hij laat ze neerzetten bij de rivier en … de rust keert weer in het bos. De kapelletjes stammen uit 1739, maar helaas is de oorspronkelijke Calvariegroep in 1968 gestolen. De groep, zoals die er nu staat, is van de hand van de Maastrichtse kunstenaar Sjef Eymael. Hij heeft de beeldjes zeer getrouw gekopieerd in gewapend beton.
Dit exemplaar van de westerse levensboom – thuja occidentalis – is rond 1800 geplant. De omvang van zijn kroon is wel 19 m. Zijn oorsprong ligt in Noord-Amerika en hij dankt zijn naam hoogstwaarschijnlijk aan de medicinale toepassing van de oliën uit zijn bladeren, twijgen en schors. De olie was een goede remedie tegen scheurbuik.
Vanaf de oude beukenlaan krijgt u mooi zicht op het romantische kasteel Schaloen. In 1381 komt het ridderslot – van oorsprong een verdedigingsburcht – voor het eerst ter sprake. Aannemelijk is dat de naam staat voor ‘het huis met de schaliën’ (met het leien dak). Dit om zich te onderscheiden van het oostelijker gelegen kasteel Genhoes, dat ‘het huis’ betekent. In de 16e eeuw maken de Spanjaarden Schaloen vrijwel met de grond gelijk. J.R. Hoen van Cartils herbouwt het in 1656. De laatste gravin verlaat het kasteel in 1934. Tot dan toe is het altijd in handen van dezelfde familie geweest.
Kasteeltuin Oud-Valkenburg is gesitueerd op de plek van de voormalige ‘nutstuin’ van kasteel Schaloen. Vroeger had elk Limburgs kasteel of landhuis wel zo’n tuin die kruiden, groenten en fruit opleverde voor eigen gebruik. Huidig beheerder IVN schotelt de bezoeker in het circa 1 ha grote park een goed beeld voor van de aanleg en het gebruik van traditionele tuinen en akkers. Ook de plattelandscultuur en flora en fauna van Zuid-Limburg komen aan bod. Dat houdt in dat u, naast een moes- en kruidentuin, bijvoorbeeld ook een stukje hei, een moeras-watervegetatie, een vogelbosje en een dassenburcht tegenkomt. (www.kasteeltuinoudvalkenburg.nl)
Ook de watermolen van kasteel Schaloen, oftewel ’Sjaloens Meule’, staat in het park. Hij is in opdracht van de Spaanse bezetter tussen 1661 en 1665 gebouwd. Alle bewoners van het omliggende gebied waren verplicht hier hun graan te laten malen. Dit heet ‘banplicht’ en Sjaloens Meule was dan ook een zogeheten ban- of dwangmolen. Ontdook je de plicht en werd het ontdekt? Dan kon je maar even 25 goudguldens neertellen. Daarnaast was je ook nog eens je graan en je voertuig kwijt. Deze zware materiële sancties zagen het licht in 1730. De molen is gebouwd met mergelsteen uit de buurt. Bekijk de steenzolder, kapzolder en het ‘möldersjhoes’ waar de molenaar vroeger met zijn gezin woonde.
Eigenlijk is kasteel Genhoes de bakermat van Valkenburg. Je zou het het stamkasteel van de Heren van Valkenburg kunnen noemen. Hier werd rechtgesproken en het gebied bestierd. In de 11e en 12e eeuw stond er waarschijnlijk alleen een versterkte woontoren. Het huidige kasteel werd begin 16e eeuw door Johan van Strijthagen gebouwd op fundamenten van die toren.
Aanvankelijk droeg het de naam ‘Oud-Valkenburg’, de naam Genhoes komt pas veel later in de bronnen voor. Roerige eeuwen van verwoesting herstel, uitbreiding en vetes rond vererving volgden. En het imposante slot lijkt nog steeds iets van zijn turbulente tijden uit te stralen. Het heeft iets verweerds, het ‘leeft’. De Romaanse boogbrug, de robuuste hoektoren, de voorgebouwen in Limburgse Barok – alle ademen vervlogen tijden. Wie wil komen kijken, houdt de website van eigenaar Natuurmonumenten in de gaten. Het ligt in de bedoeling het kasteel(terrein) in de nabije toekomst ook buiten de Open Monumentendagen geregeld open te stellen voor publiek.
Te midden van landbouwpercelen staat de Sint Jansboskapel. Hij is rond 1915 opgetrokken uit mergelsteen. ’s Zomers is de kapel, net als vele andere, omgeven door veldbloemen als klaproos, korenbloem en akkerviooltje.
Let op voor dampende koeienvlaaien, want u loopt niet alleen in struinboomgaard Konijnengracht. Geniet van de bloesem, de schaduw onder het dichte kronendek en de bomen van deze voor Limburg zo karakteristieke hoogstamfruitgaard.
Op eenzame hoogte verrijzen de mergelstenen brokstukken van wat eens de onneembare hoogteburcht was van de Heren van Valkenburg. De historie van het kasteel speelt zich af tussen circa 1115 en 1672. Daartussen volgen belegeringen, verwoestingen en tijden van wederopbouw elkaar in rap tempo op. In 1672 valt het doek definitief. De burcht wordt door koning-stadhouder Willem III opgeblazen om te voorkomen dat deze in Franse handen valt. Bekijk de vroegere ridderzaal en dwaal rond in de kapel, de donjon en de artilleriekamer in de beroemde kasteelruïne. Het mooie uitzicht krijgt u er gratis bij.