Landgoederen De Wijk
Nederland, Drenthe, De Wijk
Wandelroute ‘Landgoederen De Wijk’ is een bewegwijzerde route van 10 km rondom het dorp De Wijk, op de grens van Drenthe en Overijssel. Je ziet mooie vergezichten over het Reestdal en wandelt langs prachtige landgoederen, zoals voormalig havezate De Havixhorst, Dickninge het ooievaarsbuitenstation ‘De Lokkerij’ Reestdal.
Toegankelijkheid: de route is niet overal verhard en daarom ongeschikt voor minder validen.
Hond mee: Honden mogen mee mits aangelijnd.
Paden: 75% onverhard.
Parkeren: je kunt bij het startpunt, De Havixhorst, gratis parkeren. Kom je met het openbaar vervoer? Neem vanaf station Meppel de EBS buurtrrreis 592 richting IJhorst en stap uit bij bushalte 'Havixhorst'. Vanaf hier is het 1 minuut lopen tot het startpunt.
Deze wandelroute is geheel bewegwijzerd met witte zeshoekige bordjes met bruine opdruk 'Landgoederen De Wijk'. Volg bij de start op Havixhorst eerst de paarse paaltjes en daarna de bordjes van Landgoederenroute.
Extra informatie:
Het dorp De Wijk wordt voor het eerst genoemd in 1383. De Wijk is nauw verbonden met de havezates De Havixhorst, Dikninge, Dunnigen en Voorwijk en met het over het riviertje de Reest gelegen dorpje IJhorst in Overijssel. Vroeger zei men van De Wijk dat het een dorp was zonder kerk en van IJhorst dat het een kerk was zonder dorp.
De wandeling start bij châteauhotel en -restaurant De Havixhorst. De Havixhorst is een havezathe gelegen op een landgoed in de gemeente Meppel. Het landgoed ligt aan het mooie riviertje de Reest. Van oudsher vestigden Drentse boeren zich op de zandhorsten langs dit riviertje. De oude hoeves overtroffen elkaar al de snel in macht en aanzien. Des te rijker qua uitstraling en decoratie, des te meer aanzien. De Havixhorst wordt voor het eerst vermeld in 1409 in het archief van de abdij Dickninge. Het huidige landhuis dateert uit 1753 en werd tot 1939 bewoond door de adellijke familie De Vos van Steenwijk. Daarna heeft het vele wisselende, tijdelijke bestemmingen gehad. In 1979 is begonnen met de restauratie, waarna het in 1982 als châteauhotel en - restaurant in gebruik is genomen. In 1982 is het landgoed door de Stichting Het Drentse Landschap aangekocht en zijn er nadien nog vele restauraties en aanvullingen gerealiseerd. De bijbehorende tuin is opnieuw aangelegd in barokstijl. De tuin van de havezate is in gebruik als kruidentuin voor het restaurant en is vrij te bezichtigen.
Onderweg passeer je de voormalige tramlijn Meppel-Balkbrug. De Spoorweg-Maatschappij Meppel Balkbrug onderhield de 21 kilometer lange stoomtramlijn. Over een lengte van veertien kilometer liep de lijn door Drenthe en de resterende zeven kilometer lagen in Overijssel. De Spoorweg-Maatschappij Meppel-Balkbrug N.V. werd opgericht op 28 september 1905. Het personenvervoer op de lijn werd in 1934 gestaakt. Op 10 mei 1939 werd ook het goederenvervoer op de lijn beëindigd en dat betekende het einde. In september 1939 was het spoor al geheel opgebroken.
Huize Voorwijk werd aan het einde van de 18e eeuw gebouwd door W. Tonckens. Rond 1900 kwam het huis in het bezit van de familie De Vos van Steenwijk. Zowel het Huis als tuin zijn niet te bezoeken.
In De Wijk staat windmolen de Wieker Meule. Het is een achtkante stellingmolen daterend uit 1829. De molen is bijna geheel met riet gedekt. De molen is lange tijd (vanaf 1926) eigendom geweest van de Coöperatieve Landbouwbank en een gedeelte op de begane grond heeft destijds dienstgedaan als bankgebouwtje. Vanaf 1962 werd hij niet meer gebruikt en raakte in verval. In 1980 heeft de molen een grondige restauratie ondergaan en is sinds 1996 eigendom van de Stichting Wieker Meule. De Wieker Meule is elke zaterdagmiddag open voor bezichtiging van 13 tot 18 uur. De vrijwillige molenaars staan klaar om informatie te geven en rond te leiden.
Je laat De Wijk achter je en wandelt verder in de buitengebieden. Tussen De Wijk en IJhorst heeft nog een havezate gestaan met de naam Dunningen. Helaas is er niet veel bekend van deze havezate. Vermoedelijk is het niet meer geweest dan een versterkte boerderij. Deze boerderij is rond 1650 afgebroken. Het laatste huis is rond 1800 afgebroken
In de verte ligt IJhorst dat voor het eerst wordt vermeld in 1176 als een dorpje met vijf boerderijen langs de Reest, waarvan er waarschijnlijk twee aan de Overijsselse kant. De kerk van IJhorst wordt in 1292 genoemd en was gewijd aan Sint Nicolaas. Het huidige gebouw dateert uit 1823. Onder het koor bevindt zich de grafkelder van de Heren van Munster en dateert uit 1658. In de grafkelder zijn de heren van De Havixhorst en de abten van het klooster Dickninge bijgezet. Naast de kerk staat een klokkenstoel op een fundament van zwerfkeien. Door de bouw van het klooster met kerk in Dickninge omstreeks 1325 zijn er nauwe banden geweest met de kerk in IJhorst. Het verhaal gaat dat er een onderaardse gang is geweest die beide kerken met elkaar verbond. Deze gang is tot op heden niet gevonden
De wandelroute voert je langs het sterk meanderende riviertje de Reest als een grenslijn slingert tussen Drenthe en Overijssel en loopt van Dedemsvaart tot aan Meppel. De Reest heeft een verval van slechts 5 meter over een afstand van ruim 30 kilometer en de breedte van het Reestdal bedraagt gemiddeld 100 meter. Het veenriviertje ontspringt in de voormalige veengebieden bij Lutten. Rond De Wijk zien we aan beide zijden van de Reest een aantal fraaie havezaten en oude boerderijen. Bij Dickninge is de Reest de grens van het landgoed. Het Reestdal kent nog vele bijzondere plantensoorten. De dotterbloem, maar ook zeldzaamheden als grote pimpernel, noordse zegge en moeraskartelblad zijn aanwezig.
Een volgend landgoed dient zich aan tijdens de wandeling: landgoed Dickninge. Het 75 hectare grote landgoed Dickninge in Engelse landschapsstijl heeft een bewogen geschiedenis. In 1325 werd het klooster van Ruinen naar deze plek verplaatst en vanuit hier werden de kerken in Beilen, Blijdenstein Ruinen en Westerbork bediend. Na 1580, waarschijnlijk als gevolg van de 80-jarige oorlog, waren de monniken verdwenen en in 1603 is het klooster opgeheven. In 1795 werd baron R.H. de Vos van Steenwijk de nieuwe eigenaar. Hij brak alle oude gebouwen af en plaatste het huidige gebouw dat in 1813 werd voltooid. Op het landgoed treft men diverse zeldzame planten aan waaronder holwortel, bosanemoon, gevlekte aronskelk, sneeuwklokje en muskuskruid.
Op de grens van het landgoed staat een kleine rustieke woning in het groen, waarvan de oorspronkelijke bestemming snel duidelijk is. Dit is een tolwoning. Het tolhek verspert de weg. Wandelaars en fietsers kunnen makkelijk passeren
Onderweg kom je langs het ooievaarsbuitenstation ‘De Lokkerij Reestdal. De naam is misleidend want hier worden geen ooievaars ‘gelokt’. De naam ‘Lokkerij’ houdt verband met de familie Lokken die in de boerderij generaties lang een boerenbedrijf had. Lokkerij betekent dus gewoon ‘de boerderij van Lokken’.