Stadswandeling Ravenstein
Nederland, Noord-Brabant, Ravenstein
Ravenstein maakt deel uit van een serie vestingstadjes langs de Maas. Ze werden aangelegd op de grens tussen de rivaliserende hertogdommen Brabant en Gelre. Dankzij deze grenspositie groeide Ravenstein door de eeuwen heen uit tot een echte vestingstad. De kleine, schilderachtige plaats is omgeven door een gracht, waarin zich een ravelijn (eiland) bevindt dat door twee bruggetjes met de stad en de omgeving is verbonden.
Hond mee: tijdens deze route zijn honden toegestaan mits aangelijnd. Honden kunnen loslopen langs ’t Laantje.
Toegankelijkheid: deze route is geschikt voor mindervaliden. De route is geheel verhard en heeft een paar relatief korte hellingen. Echter het grootste deel van de route voert over een bestrating van kinderkopjes/casseien, die niet altijd te vermijden zijn.
Paden: 5% onverhard, verder verhard: tegels, asfalt, grindpad.
1. Ga vanaf de parkeerplaats op de Bleek richting stadje en ra, Walstraat. Einde ra, Maasdijk. Na restaurant ”Brass aan de Maas” schuin rechts naar beneden, Doolhof. Eerste weg ra, Bocht naar links, op splitsing rechts aanhouden, Contre Escarpe.
2. Eerste ra, Landpoortstraat, het stadje in. Eerste la, Molensingel. Achter molen langs, dan links Molensingel vervolgen. Einde Molensingel la, Philips van Kleefpad, langs het Philips van Kleefbolwerck. Over twee bruggetjes, verbonden door het Pollekespad, dan einde ra 'Laantje. Volg het pad langs het water. Rechts aanhouden. Gaat over in Maasdijk.
3. Eerste ra, Van Coothweg. Eerste la, Kasteelseplaats. Onder poort door, St.-Luciastraat. Einde op pleintje la, Marktstraat. Einde rd, via poort en op Maasdijk ra.
Op de hoek van de Walstraat en de Maasdijk ligt het z.g. Bokrondeel. In de veertiende eeuw was dit waarschijnlijk een toren. Op het rondeel is een kanon geplaatst. Het rondeel is in de zeventiende eeuw verbonden geweest met een halfbastion, genaamd Oranje. Het rondeel is in 1997 ontdekt tijdens een dijkverzwaringsoperatie. Onder aan het rondeel stroomde vroeger de 'strang' en bevaarbare meander van de Maas.
Aan de Walstraat bevindt zich het Leerlooierijhuisje met het Leerlooijerijmuseum.
Aan de rechterzijde van de dijk bevindt zich het 'bovenste' hoornwerk. Het 'benedenste' hoornwerk bevindt zich aan de andere kant van de stad maar wordt doorsneden door een spoorlijn. Hoornwerken dienden er o.a. toe de afstand tussen de belegeraar en de stad te vergroten. De hoornwerken zijn rechthoekig van vorm, voorzien van wallen en (grotendeels) omringd door water. De wallen zijn verdwenen. Dit hoornwerk is het enige in Nederland dat onbebouwd is gebleven. Nadat je de dijk hebt verlaten loop je tot aan een wit bruggetje langs de gracht die langs het hoornwerk loopt.
Vanaf het witte bruggetje volg je de stadsgracht richting Contre Escarpe, een vestingterm die duidt op het talud 'tegenover de wal'. De Landpoortstraat is de hoofdweg naar het centrum van de stad die vanaf Contre Escarpe grotendeels over het ravelijn Halve Maan loopt. Het ravelijn is moeilijk te herkennen, maar wordt nog wel aan drie zijden omgeven door water.
In verschillende periodes in de geschiedenis werd Ravenstein beschermd door muren, wallen en grachten, maar de meeste van deze verdedigingswerken zijn tussen 1672 en 1675 gesloopt. De Landpoortstraat, waarover je nu de vesting in loopt, leidde vroeger naar de stadspoort ' aan de landzijde'. Aan het begin van de straat zie jecrechts een oude smederij. Links en rechts zie je opmerkelijke hoogteverschillen. Beneden ligt de stadsgracht. Vlakbij het einde van de straat, op de hoek met de Walstraat, staat het huis 'Cortegaer' ('Corps de Garde').
Op bastion Utrecht staat stellingmolen De Nijverheid, die in 1857 in de plaats kwam van een oudere korenmolen (een rosmolen). Door de hoogte van het bastion konden de wieken veel wind vangen. Bij de laatste restauratie van De Nijverheid in 1996 zijn de vier teerlingen (zware stenen waar de molen op stond) van de voormalige standerdmolen onder de betonvloer teruggevonden. Deze zijn in het straatwerk onder de molen te zien. Tegenwoordig wordt in de korenmolen biologisch geteelde spelt gemalen en kun je er streekproducten kopen. In een bijgebouw van de molen is de stadsbrouwerij gevestigd, waar je in het proeflokaal speciaalbieren kunt proeven.
Dit stenen Philips van Kleefbolwerck is in 1987 bij toeval door de particuliere grondeigenaar ontdekt. Het werd in 1509/1510 aangelegd door Philips van Kleef, soeverein heer van Ravenstein, en gebouwd naar oud-Italiaans model. In 2011-2016 is het beleefbaar gemaakt en daarmee uniek in Nederland. Vanaf het Philips van Kleefpad kun je de geschutskelder zien met daarachter een kazemat.
In 1544 is het vestingwerk opgeblazen. In 1621/1622 is op de stenen restanten het aarden bastion Famars aangelegd. De aarde is na het z.g. rampjaar (1672) op bevel van de Fransen de gracht ingeschoven. Deze is daardoor veel smaller geworden.
Dit verdedigingswerk (1621/1622) was vele decennia lang door een bruggetje verbonden met de stad en door een dam met een moderne woonwijk. In november 2022 werd de dam vervangen door een brug, zodat het ravelijn weer is wat het moet zijn: een eiland.
Langs de Maasdijk zie je links het gereconstrueerde Kasteelrondeel. Dit zware muurwerk met opstelplaats voor een kanon is de voorloper van de puntige bastions. Het rondeel was eeuwenlang verborgen in de dijk op slechts 1 m diepte en behoort tot de oudere delen van de vestingwerken. Aan de voet ervan stroomde vroeger de 'strang', een bevaarbare meander van de Maas. Net als het Bokrondeel werd het in 1997 ontdekt tijdens een dijkverzwaringsoperatie. Aan de rechterzijde van de weg staat een zeldzaam gaaf, tienhoekig theehuisje uit circa 1890. In die tijd werden door particulieren tuinen aangelegd op de plek van de verdwenen wallen.
Als je de dijk af loopt, zie je links van de weg de door een gracht omgeven Reinouthof. Op deze plek stond Kasteel Ravenstein waarmee de geschiedenis begon (zie hieronder). Het terrein is genoemd naar Reinout van Valkenburg, een halfbroer van Walraven van Valkenburg die het kasteel bouwde. Reinout verleende Ravenstein in 1380 stadsrechten.
In 1818 werd het kasteel, inclusief de fundamenten, door de Hollanders gesloopt. Wat nu Kasteelseplaats heet, was destijds de plek van de ommuurde voorburcht. Hier stonden de bijgebouwen zoals stallen, een bakkerij en personeelsverblijven. De Kasteelsepoort – nu onderdeel van een woonhuis – is 14e-eeuws en hoorde bij de voorburcht. Via de poort kom je in de ommuurde middeleeuwse stad.
Ravenstein ontstond nadat heer Walraven van Valkenburg in 1360 een kasteel aan de Maas bouwde om tol te heffen bij passerende schepen. De nederzetting naast het kasteel kreeg al snel stadsrechten en een ommuring. Nadat in 1396 de kasteelheer van Ravenstein door de hertog van Kleef was verslagen, kwam de omgeving van Ravenstein in Duitse handen. Toen de rest van de Nederlanden tijdens de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648) protestant werd en het katholicisme werd verboden, gold dat niet voor Ravenstein. Daarom kwamen veel katholieke kloosters naar deze regio. Pas in 1794, toen de Fransen het voor het zeggen kregen, kwam er een einde aan de autonomie. In 1814 werd het ‘Duitse’ Ravenstein officieel onderdeel van het Koninkrijk der Nederlanden.
Onderweg naar de rivier komt u door de Maaspoort, die ook deel uitmaakte van de eerste ommuring van de stad. Samen met de Kasteelsepoort behoort hij tot de oudste bouwwerken van Ravestein.