Inzet van de traumahelikopter
De belangrijkste reden om een traumahelikopter in te zetten is om een arts en een verpleegkundige zo snel mogelijk naar de plaats te vervoeren, waar spoedeisende, specialistische, medische hulp benodigd is. De traumahelikopter is dus geen vervanging van de ambulance, maar een aanvulling op de reguliere ambulancezorg.
De bemanning van de traumahelikopter wordt Mobiel Medisch team (MMT) genoemd. Op een incidentslocatie werkt het MMT samen met de ambulanceverpleegkundige(n) om de beste zorg aan de patiënt te verlenen.
Criteria inzet traumahelikopter
Er zijn landelijke inzetcriteria vastgelegd voor het MMT. Naast een vitale bedreiging zijn de belangrijkste criteria voor het inzetten van een traumahelikopter:
- ernstig (verkeers)ongeluk
- aanrijding met hoge snelheid
- val van hoogte
- meerdere ernstige slachtoffers
- onderkoeling
- schiet- of steekverwondingen
- verbranding
- verdrinking
- (te) lange aanrijdtijd van de ambulance
- reanimatie van een kind
- bedreigde luchtweg
Mobiel Medisch Team
Het MMT kan op twee manieren ingezet worden:
Primaire inzet: Op basis van de melding die een de centralist van de meldkamer ambulance binnenkrijgt via een 112-oproep bepaalt de centralist dat het MMT wordt ingezet.
Secundaire inzet: Soms blijkt de situatie op de incidentlokatie ernstiger dan in eerste instantie verwacht. Op verzoek van het ambulancepersoneel ter plekke roept de centralist van de meldkamer dan alsnog het Mobiel Medisch Team op. Belangrijke criteria voor deze zogeheten secundaire inzet zijn bijvoorbeeld:
- bedreigde ademweg en/of ademhaling
- bedreigde bloedcirculatie
- bedreigd bewustzijn
- direct benodigde amputatie of indicatie tot amputatie van een ledemaat
Helicopter Emergency Medical Services
De vliegoperatie van de traumahelikopter wordt ook wel HEMS genoemd, wat staat voor Helicopter Emergency Medical Services. De vluchten die met een traumahelikopter gemaakt worden, vallen onder een andere wetgeving dan normale helikopter vluchten. Zo mag de traumahelikopter lager vliegen en op straat, op (sport-)veldjes, bij iemand in de tuin of op de snelweg landen.
Elk MMT met een helikopter beschikt ook over een MMT-auto, die wordt ingezet als het weer te slecht is om te vliegen, zoals bij dichte mist of laaghangende bewolking. De auto wordt ook ingezet wanneer de helikopter niet kan vliegen vanwege een technisch defect of wanneer het MMT met de auto sneller ter plaatse kan zijn dan met de helikopter. Dit is bijvoorbeeld het geval, wanneer de incidentlocatie heel erg dichtbij de basis is en/of er op de incidentlocatie nauwelijks mogelijkheden zijn om de helikopter te landen.
Protocol inzet traumahelikopter
Door alles wat erbij komt kijken is de inzet van een traumahelikopter een complexe operatie. Een protocol zorgt ervoor dat de inzet routineus, snel, efficiënt en veilig verloopt. Hoe werkt het?
Melding
Iemand belt 112. Oproepen vanaf een vaste lijn komen direct binnen bij de alarmcentrale in de eigen regio. Oproepen vanaf een mobiele telefoon komen terecht bij het callcenter van het Korps Landelijke Politie Diensten (KLPD) in Driebergen. De medewerker van de meldkamer (centralist) vraagt wie de beller wil spreken: politie, brandweer of ambulance. Vervolgens verbindt de centralist de beller door met de gewenste hulpverleningsdienst.
Oproepen MMT
Is er een Mobiel Medisch Team (MMT) nodig, dan ontvangt het dienstdoende team een melding via een pieper. De melding op de pieper bestaat alleen uit een adres. Tijdens het vliegen heeft de arts via het C2000-communicatiesysteem in de helikopter contact met de centralist van de Meldkamer Ambulancezorg en krijgt mondeling aanvullende informatie.
Vliegen
Na de melding via de pieper gaat de piloot direct naar de helikopter en start de motoren op. De verpleegkundige voert het adres in in het navigatiesysteem. Als het hele team in de helikopter zit, vertrekt het team naar de inzetlocatie. In principe vertrekt het MMT bij daglicht binnen twee minuten. In het donker vertrekt de traumahelikopter normaliter binnen 5 minuten na de melding.
De traumahelikopter heeft in principe altijd voorrang boven ander vliegverkeer. Ook hebben de traumahelikopters een ontheffing om te vliegen boven gebieden waar dat voor ander vliegverkeer verboden is.
Piloot
De piloot is verantwoordelijk voor de keuze van de landingsplaats. Bij de inzetlocatie bepaalt de piloot door middel van een verkenningsronde welke landingsplaats geschikt is. Bij daglicht moet de landingsplaats minimaal 25x25 meter zijn, in het donker minimaal 25x50 meter. Als de piloot in het donker op een onbekende locatie landt, doet hij dit veelal aan de rand van aaneengesloten bebouwing. In het donker vliegen de piloten en HEMS Crew Members met Night Vision Goggles (NVG). Dat is een soort nachtkijker; een kijker die het aanwezige licht versterkt om in het donker beter te kunnen zien. De Night Vision Goggles worden voor de ogen op de helm gemonteerd
Keuze vervoermiddel
In de meeste gevallen wordt de patiënt per ambulance naar het ziekenhuis gebracht. Indien nodig rijdt de arts van het MMT met de ambulance mee naar het ziekenhuis. Alleen als er belangrijke tijdwinst voor de gezondheid van de patiënt te behalen valt, wordt de patiënt per helikopter naar het ziekenhuis vervoerd. Ook als de patiënt ergens is waar de ambulance moeilijk kan komen (bijvoorbeeld op het strand of in een bosgebied), kan besloten worden de patiënt per helikopter naar het ziekenhuis te vervoeren. De MMT-arts neemt de beslissing hierover.