De 8 mooiste eilanden van Portugal
Als het gaat om Portugese eilanden, dan komen Madeira en de Azoren vaak als eerste in ons op: een walhalla voor natuurliefhebbers waar de stappenteller records aantikt. Je raakt hier namelijk niet uitgewandeld, door groene weiden, langs gele bloemen, ruige kusten en indrukwekkende kratermeren. De Azoren is ook nog eens een van de beste plekken in Europa om walvissen te spotten. Maar Portugal heeft nog meer eilanden. Iets minder bekend, maar zeker niet minder speciaal.
Zo heeft Madeira een zusje: Porto Santo, waar gouden stranden liggen en je een van ’s werelds beste duiklocaties vindt. Of pak de boot voor een dagje Ilha de Tavira, dat in beheer is van natuurpark Ria Formosa Natural Reserve met veel tropische vogels. Op Berlenga Grande staat je weer iets heel anders te wachten: fort São João Baptista uit 1502, gebouwd op de ruïnes van een klooster. We nemen je mee naar de acht mooiste eilanden van Portugal.
1. Madeira, het Hawaii van Europa vol bloemen
Het bloemeneiland Madeira ligt 850 kilometer ten zuidwesten van de Portugese kust. Jaarlijks stappen heel wat wandelaars het eiland op, om een aantal van de ruim honderd wandelroutes te ervaren. Hiken langs de levada’s (oude irrigatiekanalen) is hier een must. De route PR9 Levada do Caldeirão Verde is een van de mooiste: in vier tot vijf uur wandelen kom je door de dichte jungle, wat tunnels en langs een van de hoogste watervallen van Madeira. Wandelen kan het hele jaar door, want Madeira heeft een mild klimaat met een temperatuur tussen de 16 en 22 graden.
Velen zijn het erover eens dat de baai Fajã dos Padres de meest bijzondere bezienswaardigheid van het eiland is, liggend naast een enorme rotswand. Hier komt de typische Malmsey wijn vandaan. Vroeger woonden er priesters die 150 jaar lang druiven verbouwden. Nu is het al vier generaties eigendom van een familie, die er ook een goed restaurant bij runt. De rit naar deze baai is al een belevenis op zich; tweeënhalve minuut met een enorm steile kabelbaan.
2. De vulkanische kraters van São Miguel
De Azoren bestaan uit negen eilanden, op zo’n twee uur vliegen van Lissabon. São Miguel is de grootste van de archipel en heeft een groen landschap en indrukwekkende kratermeren. Zo heb je vanaf de slapende vulkaan Sete Cidades een geweldig uitzicht op twee groenblauwe kratermeren met daartussen een brug. Ook Lagoa do Fogo – het Meer van Vuur – is een mooie plek. Vanaf het uitkijkpunt Miradouro da Lagoa de Fogo start de wandeling naar dit grote meer. Tip: doe goede schoenen aan, want langs de oever kan het wat glibberig zijn.
Het dorp Furnas staat bekend als dé thermale badplaats. Er zijn hete modderpoelen waar het aardig borrelt en spettert. Bijzonder is dat hier gaten in de grond zijn gemaakt waarin restaurants hun eten stomen. Proef zeker het resultaat met hun bekende Cozido das Furnas, een stoofpot met zeven soorten vlees en allerlei groenten. Theeliefhebbers moeten bij Chá Gorreana zijn, het enige gebied in Europa waar thee wordt verbouwd. Neem er een kijkje op de plantage en in de fabriek.
3. Porto Santo met gouden stranden
Porto Santo is het kleine zusje van Madeira en heeft iets wat het grote bloemeneiland nauwelijks heeft: gouden zandstranden. En dat negen kilometer lang – bijna de hele lengte van het eiland. Het mooiste strand is Ponta de Calheta, met achter je prachtige rotsformaties en voor je uitzicht op het onbewoonde eiland Ilhéu da Cal. Verken de rest van dit Portugese eiland op de fiets, te paard of al wandelend. Loop, klim en klauter bijvoorbeeld naar het hoogste punt: de 283 meter hoge top van de Pico de Ana Ferreira. De rotsformatie is uniek met de vijfhoekige rotskolommen.
Op naar Christopher Columbus House, wat ooit het huis van Columbus was. Tenminste, volgens de lokale bewoners. In 1478 ontmoette hij op weg naar Madeira de dochter (Filipa) van de gouverneur van Porto Santo. Ze werden verliefd en woonden een tijd samen op dit eiland. In het ‘huis’ ontdek je onder andere meer over de Portugese en Spaanse ontdekkingsreizen. Ga je liever duiken? Rond de omringende kleine eilanden, zoals Ilheu de Fora en Ilheu de Cima, vind je een aantal van de beste duiklocaties ter wereld.
4. Het groene Terceira met een Unesco Werelderfgoedstad
Terceira heeft niet alleen een prachtige natuur, ook op cultureel vlak heeft dit Portugese eiland veel te bieden. Zo werd in 1534 de hoofdstad Angra do Heroísmo gesticht. Het mooie centrum vol architectuur staat sinds 1983 op de Werelderfgoedlijst van Unesco. Struin door de gezellige straten en vergaap je aan de elegante witte voorgevels, kleurige ramen en romantische balkons. Beklim de grote 16de eeuwse kathedraal voor een mooi uitzicht over de stad.
Caldeira Guilherme Moniz is de grootste krater van de Azoren; de opening heeft een diameter van vijftien kilometer. Binnenin vind je de grotten van Algar do Carvão, waar je door lava gevormde stalactieten en stalagmieten ziet. Wil je het groen in, dan zijn er genoeg wandelroutes waar je uit kunt kiezen. Tijdens de vijf kilometer lange Mistérios Negros (PRC1TER) stap je dwars door de natuur. Of maak de korte kustwandeling Baías de Agualva (PR2TER) naar de woeste zee. Op Terceira wonen trouwens meer koeien dan mensen. Ze staan het hele jaar door te grazen in de weilanden. Dat levert een lekkere lokale kaas op: de romige Queijo Vaquinha.
5. Spot zeldzame vogels op Ilha de Tavira in de Algarve
Vier je vakantie in de buurt van Tavira, pak dan de boot voor een dagje Ilha de Tavira op dertig kilometer van het stadscentrum. Volgens de lokale bevolking heeft Ilha de Tavira een van de mooiste stranden van de Algarve: goudkleurig zand en kristalhelder water. Het eiland is elf kilometer lang, met een breedte variërend tussen 150 meter en een kilometer. Je kunt hier zonnebaden en zwemmen, maar ook windsurfen of een bootje huren.
Wat dit Portugese eiland extra bijzonder maakt, is dat het in beheer is van Ria Formosa Natural Reserve. Een van de zeven natuurwonderen van Portugal. Het natuurpark bestaat uit vijf eilanden en twee schiereilanden en heeft in totaal een oppervlakte van ongeveer 20.000 hectare. Hier leven maar liefst vijftienhonderd verschillende diersoorten - zoals de lepelaar en woudaap – en veel inheemse planten. Op Ilha de Tavira zie je dan ook veel tropische vogels en flamingo’s. Huur een kajak om ze van dichtbij te zien. Met een beetje geluk zie je de zeldzame purperkoet, het symbool van Ria Formosa Natural Reserve met blauwe veren.
6. De bijzondere Unesco lavasteen wijngaarden op Pico
Ook Pico behoort tot de Azoren, waar je met mos bedekte heuvels ziet en lavavelden vol wijnstokken. De wijngaarden staan op de Werelderfgoedlijst van Unesco en zijn een bezienswaardigheid op zich: het mozaïek van zwarte stenen muurtjes beschermen de wereldberoemde Verdelho-druivensoort tegen de elementen. Proeven? Bestel een glas Verdelho-wijn op een terras in Madalena. Probeer bij trek meteen een andere lokale specialiteit uit: in wijn gestoofde octopus. Struin verder door deze hoofdstad liggend aan zee, door de smalle straten en langs huizen met rode daken.
Neem je wandelschoenen mee, want er zijn op het eiland tal van mooie routes. Zoals de Pr05pic - Vinhas da Criacao Velha van bijna zeven kilometer lang, door de wijnvelden in het oosten van het eiland. Of beklim in zo’n 3,5 uur de 2351 meter hoge Ponta do Pico, de hoogste berg van Portugal. Kijk, eenmaal boven, de dertig meter diepe krater in of voor je uit naar de buureilanden Faial, São Jorge en Terceira. Pico is een van de beste plekken in Europa om walvissen te spotten: in april tot en met oktober zijn er 28 soorten, zoals de blauwe vinvis en de potvis.
7. Berlenga Grande met fort São João Baptista
Berlenga Grande behoort tot de eilandengroep Ilhas Berlengas, liggend voor de kust van Peniche waar je met de boot in 45 minuten bent. Het is het grootste (1500 bij 800 meter) eiland van de groep, met een kleine haven, een strand en een vuurtoren. Het is er ruig en kaal met hoge kliffen. Ook vogels vinden het hier een fijne plek; het natuurreservaat heeft broedgebieden voor onder meer zeekoeten en zilvermeeuwen.
Het meest indrukwekkende van het eiland is het stenen fort São João Baptista uit 1502, gebouwd op de ruïnes van een klooster. Vroeger werd het fort geregeld aangevallen door piraten en vijandelijke legers, vandaag de dag is het een hotel. Voor de deur kun je een bootje huren om koers te zetten naar de grotten in de zee, waarvan Furado Grande de meest spectaculaire is. Deze zeventig meter lange tunnel leidt naar de Covo do Sonho (droomgrot) met rood-granieten rotsen. Per dag mogen maar een paar honderd mensen de oversteek naar Berlenga Grande maken, dus écht druk is het er nooit.
8. Flores, de tuin van de Atlantische Oceaan
Flores is het meest westelijke eiland van Portugal. Het behoort tot de Azoren en is door Unesco uitgeroepen tot Biosfeer Natuurreservaat. Veel reizigers vinden Flores de ruigste en mooiste van de archipel. Op een relatief klein oppervlak vind je verschillende bergen, valleien, rivieren, kratermeren, steile kliffen én watervallen. De bekendste is de Rocha dos Bordões waterval van ongeveer vijftig meter hoog. Je vindt er nog meer bij het dorp Fajã Grande. Daar is een hoge klif vanwaar een twintigtal watervallen naar beneden stroomt. De groene mossen en varens maken het plaatje extra bijzonder.
Op de Azoren vind je een heel netwerk aan goed onderhouden wandelpaden in verschillende moeilijkheidsgraden; de Azores Trails. De routes laten je de mooiste plekken zien. Op Flores kun je zowel langs de kust als door de bergen wandelen. De mooie wandelroute PR02 FLO brengt je bijvoorbeeld in 13 kilometer van het dorp Lajedo naar Fajã Grande. Onderweg zie je onder andere de kust, kleine eilanden, watervallen, een watermolen en weilanden. Aan het einde kun je een duik nemen in de Atlantische Oceaan.
De beste tijd om naar de Azoren te gaan, is van mei tot en met september. Dan valt de minste regen en is de natuur op haar mooist. De gemiddelde temperatuur ligt tussen de 15 graden in de winter en 25 graden in de zomer. Nooit te koud of te warm dus.