Wijnwandelroute Aardenburg
Nederland, Zeeland, Aardenburg
Wandel vanaf Aardenburg, het oudste stadje van Zeeland, door landelijk Zeeuws-Vlaanderen. Via het ‘mooiste wandelpaadje van Zeeland’ bereik je de wijngaard van Eede, waar heerlijke wijnen worden gemaakt uit johanniter-, solaris-, pinot gris-, pinot noir- en monarch-druivenrassen.
N.B. Deze wijnwandelroute komt uit Het grote Nederlandse wijnwandelboek, uitgegeven door ANWB, met daarin nog 24 wijnwandelingen in Nederland tussen 5 en 15 kilometer. Eerst nog een andere wijnwandeling uitproberen? Probeer de wijnwandeling Gorssel en/of Ruinen.
Hond mee: honden zijn aangelijnd toegestaan op deze route.
Toegankelijkheid: deze route is niet geschikt voor mindervaliden.
Paden: verhard en onverharde wandelpaadjes.
Parkeren: in Aardenburg kun je gratis parkeren.
OV: neem de trein naar Vlissingen, neem daar het veer Vlissingen-Breskens en neem daar de bus naar Oostburg. In Oostburg neem je bus 612 naar Eede. Een andere optie is om vanaf Station Brugge bus 58 te nemen vanaf de Kaai via Maldegem naar Aardenburg.
- Wandel vanaf de bushalte over de Markt naar het voormalige raadhuis van Aardenburg, aan de noordkant van het groene plein.
- Loop aan de rechterkant van het oude raadhuis via de Vleeshouwerstraat het dorp uit. Ga aan het einde RA het wandelpad Driebekje op. Sla aan het einde van het wandelpad RA naar de Herenweg. Aan het einde van de Heren- weg gaat de route naar links en wandel je verder langs de Bogaardstraat. Deze komt uit bij een rotonde in de N251, de provinciale weg in de richting van Eede en het Belgische Maldegem. Steek rechts van de rotonde over en sla 50 m daarna RA naar de Binnenweg. Na 600 m kruist de Binnenweg de Zompelweg en gaat dan Heirweg heten. Wandel over de Heirweg verder. Bijna aan het einde buigt de weg vóór het Groote Gat af naar links, richting Sint Pietersdijk. Je wandelt hier langs het Toniobosje.
- Sla bij de Sint Pietersdijk RA en loop naar Sint Kruis, 300 m verderop. Het vriendelijke gehucht Sint Kruis is een Zeeuws-Vlaams dorpje uit het boekje; het behoort tot de buurtschappen die deel uitmaakten van Aardenburg toen dat nog een zelfstandige gemeente was. Bij het dorp aangekomen gaat de route RA de Dorpsstraat in. Wandel over de Dorpsstraat langs het café het dorp weer uit; de straat gaat voorbij het café Kerkweg heten. Neem na 500 m de eerste RA en wandel tussen de velden door over de Oude Kerkweg, het verlengde van de Kerkweg. Je loopt hier een paar honderd meter over een heuse kasseienstrook, zo eentje waar het peloton in het voorjaar mee te maken krijgt in de wielerklassieker Parijs- Roubaix. Sla aan het einde LA naar de Spitsbroekweg. Na 300 m kom je weer uit bij de Oude Kerkweg. Ga rechtsaf en wandel verder. Direct na de grote boerderij rechts van de weg, pakweg 750 m verderop, gaat de weg de Eekloosche Watergang over, een met hoge populieren omlijste kreek die de grens vormt tussen Sint Kruis en Eede. De Kerkweg gaat hier trouwens Vuilpanstraat heten, naar het buurtschapje tegen de Belgische grens aan. De Eekloosche Watergang loopt vanuit de polder bij het Belgische Sint-Laureins naar Aardenburg. Langs de kreek loopt een wandelpad dat door de provinciale Zeeuwse toerismeorganisatie het mooiste wandelpaadje van Zeeland wordt genoemd. Er is dus geen ontkomen aan: dit pad gaan we volgen! Ga aan de overzijde van de kreek rechts via het opstapplankje het prikkeldraad over en vervolg je weg langs de linkerzijde van de Eekloosche Watergang. Ruim 100 m verderop steek je het bruggetje over en wandel je langs de rechterzijde verder; oppassen voor loslopend vee, je bevindt je hier in onvervalst boerenland. Na een paar honderd meter dient wederom via een bruggetje overgestoken te worden en loop je weer langs de linkerkant van het water, dit om de Valeiskreek te omzeilen die vanaf hier noordwaarts loopt. Na ongeveer een halve km passeer je een dwarsweg over de kreek naar een boerderij verderop. Nog eens een halve km verderop ga je bij het karrenspoor LA. Je verlaat hier de kreek en wandelt naar de Oldeweg. Ga bij de Oldeweg LA en sla dan na ruim 600 m RA naar de Sara Beytsweg. Neem vervolgens weer de eerste RA, de Biezenstraat. Circa 400 m verderop in de Biezenstraat is rechts Wijngaard ’t Biezenhof.
- Ga voorbij de wijngaard verder over de Biezenstraat. Sla aan het einde LA naar de Oldeweg. Na iets meer dan 450 m neem je het karrenspoor rechts, dat door de akker naar de kreek leidt. Daar aangekomen gaat de route naar links verder, over het wandelpaadje aan de linkerkant van het water. Een kleine 250 m lopen brengt je bij een bruggetje over de kreek. Steek over, en wandel langs de rechterzijde verder. De route maakt hier even een rechts-links slingertje en gaat zo’n 350 m verderop over het bruggetje links en dan rechts door het weiland naar het hek, met erachter een picknickbank en de N251. Sla bij de parallelweg langs de N251 aangekomen RA, ga via de oversteekplaats rechts langs de rotonde en loop dan aan de overzijde naar links om over de parallelweg aan de overzijde van de provinciale weg verder te gaan. Op deze parallelweg neem je de eerste RA en na minder dan 200 m arriveer je bij Café In den Wijngaard, het eindpunt van deze wandeling.
- Vanaf In den Wijngaard loop je in een stief kwartiertje terug naar de Markt, waar je weer op de bus kunt stappen.
Het voormalige raadhuis van Aardenburg aan de Markt stamt uit 1952. De muziekkiosk stamt uit 1909. Ook is op het plein een gedenknaald uit 1920 te zien ter ere van landbouwpionier George Auguste Vorsterman van Oyen. Links aan de Markt staat een levensgrote Romeinse centurion de wacht te houden naast hotel-restaurant Rudanna Castra. Wees niet teleurgesteld als de centurion het even laat afweten, soms wordt hij namelijk binnengezet. Zowel de Romein als de naam van de horecagelegenheid waar hij de wacht houdt, verwijst naar de Romeinse geschiedenis van Aardenburg. De plaats ontstond al heel lang geleden, het wordt niet voor niets de oudste stad van Zeeland genoemd. Er zijn bewoningssporen uit de steentijd gevonden, waarna er vanaf de 5e eeuw lokale riviertje de Rudanna woonden. Van ongeveer 170 tot 290 na Christus hadden de Romeinen hier een nederzetting rond een castellum, Rodanum geheten. Het was een van de steunpunten in de Romeinse Noordzeekustverdediging. In de eeuwen na het Romeinse vertrek behoorde de streek tot het Frankische rijk en veranderde de naam van de plaats in Rodanburg, wat later door klinkerverspringing Erdenburg en daarna Aerdenburg en vervolgens Aardenburg werd. Aardenburg ging deel uitmaken van het graafschap Vlaanderen en ontwikkelde zich vanaf de 9e eeuw tot bloeiende Vlaamse handelsnederzetting. Eind 12e eeuw kreeg de plaats stadsrechten. Enkele decennia later braken de hoogtijdagen aan. Aardenburg telde toen zo’n 5000 inwoners, een forse stad voor die tijd. Dat kwam mede door de haven, die via het Zwin en het riviertje de Ee te bevaren was. Vanwege het belang van de stad en de haven legde het stadsbestuur dubbele wallen en vier stadspoorten aan. In 1604 veroverden de Staatsen de stad op de Spanjaarden en werden de wallen verder versterkt. Tussen 1688 tot 1701 sloopte men de wallen weer. Alleen de Westpoort oftewel de Kaaipoort uit 1650 bleef staan, zodat deze nu het voornaamste overblijfsel is van de vroegere Aardenburgse vesting.
Eén historische gebeurtenis wordt ieder jaar nog gevierd in Aardenburg. Dat is de zogeheten ‘Berenning van Aardenburg’ van 1672. In dit rampjaar, waarin Nederland van alle kanten werd aangevallen, hadden de Fransen het voorzien op de stad. Op 1 april verordonneerde de Raad van State dat de vesting Aardenburg ontmanteld moest worden. Het bleek geen grap, de verdediging werd door Den Haag niet mogelijk geacht dus vanaf 18 april zou Aardenburg geen verdediging meer hebben. Commandant Cauw en een handvol leden van zijn compagnie bleven echter op hun post. In juni rukten de Fransen op vanuit Deinze. Commandant Cauw vertrok naar Den Haag met het verzoek om versterking. Tijdens zijn afwezigheid nam vaandrig Elias Beeckman het gezag waar. De verdediging tegen bestond uit 38 beroepssoldaten en 175 weerbare burgers, plus vier stuks bruikbaar geschut op de wallen en één konstabel voor de bediening ervan. Die weerbare burgers stonden hun mannetje, want toen de Fransen er op 25 juni daadwerkelijk aankwamen met een troepenmacht van meer dan achtduizend soldaten kapten ze kogels, smolten ze lood, wreven ze buskruit klein tot laadkruit, maakten ze schroot uit oud ijzer en brachten dit alles, samen met stapels straatstenen, naar de wallen. In de nacht van 24 op 25 juni arriveerden de Fransen bij Smedekensbrugge. Ze stalen het vee, gijzelden de boeren in het buitengebied en stuurden een koerier naar de stad om overgave te eisen. De koerier werd beschimpt en weggejaagd, waarna alle inwoners van Aardenburg zich schrap zetten om hun stad te verdedigen. Vrouwen verkleedden zich als mannen om de vijand te misleiden, en zelfs de radicaal pacifistische wederdopers maakten zich op voor de strijd. Op zondag 26 juni vielen de Fransen massaal aan, een charge die de geschiedenis is ingegaan als de Berenning van Aardenburg. Tijdens hun bestorming schreeuwden ze het uit. ‘Avant courage. Tue, tue toi a mort, a mort la canaille d’Hollandois’, dat was volgens historici een van hun strijdkreten. Meer dan achtduizend soldaten tegen een handjevol verdedigers, appeltje eitje zou je zo zeggen. Maar nee, de Fransen konden rennen wat ze wilden, de Aardenburgers schreeuwden gewoon terug, de wallen hielden stand en de Fransoos moest het onderspit delven tegen de koene verdedigers. Op 27 juni trokken ze zich met de Franse staart tussen de benen schielijk terug naar Brugge, waarbij ze wel nog even de kerk in Eede in brand staken. Volgens de bronnen verloren de aanvallers in totaal zo’n 500 manschappen, 630 werden er gevangen genomen. Aan Aardenburgse zijde vielen slechts zes gewonden. Het spreekt voor zich dat het overwinningsfeest een van de grootste feesten was die ooit in Aardenburg plaatsvonden.
Het Toniobosje is een klein natuurgebiedje waar een populatie boomkikkers zich thuis voelt. Het Groote Gat, rechts van de weg, is een diepe kolk die ontstond door een doorbraak van een zeearm. Deze doorbraak was weer een gevolg van inundaties tijdens de Tachtigjarige Oorlog. Er komen vier kreken op het Groote Gat uit, de Valeiskreek, Oude Biezenkreek, Sint Kruiskreek en een naamloze, kortere waterloop. In heel westelijk Zeeuws- Vlaanderen kom je trouwens veel kreken tegen. Ze zijn een overblijfsel van het Zwin, de grote zee-inham die een belangrijke rol heeft gespeeld in de geschiedenis van Brugge en westelijk Zeeuws-Vlaanderen. Het Zwin ontstond grotendeels door de stormvloed van 1134, die grote delen van de regio blank zette. Het terugtrekkende water sleet vervolgens kreken en zeeinhammen uit in de bodem. Zeeland werd een archipel en de kreken werden, tot op de dag van vandaag, een kenmerkend onderdeel van het Zeeuws-Vlaamse landschap.
De wijngaard is aangeplant in 2011 en levert sinds 2015 wijn op van druivenrassen als johanniter, monarch, solaris, pinot gris, pinot noir en monarch. Deze laatste druif kom je (nog) niet veel tegen in Nederland. Het is een vrij nieuw en schimmeltolerant ras waar fruitige, kleur intensieve en krachtige rode wijn van kan worden gemaakt. In de bodem van dit deel van Zeeuws-Vlaanderen zit een dekzandlaag die de wijnbouw mogelijk maakt; vanwege deze laag vind je ook enkele aspergekwekers in de omgeving. ’t Biezenhof is niet zomaar op de bonnefooi te bezoeken, maar je kunt er met enige regelmaat wel terecht voor een wijnproeverij, een wijndiner of een rondleiding (check de website, wijngaardbiezenhof.nl). Ook bezoeken op afspraak zijn mogelijk. Wil je Zeeuws-Vlaamse wijn kopen, dan kan dat via de webwinkel, bij het winkeltje van de wijnboer zelf (dagelijks van 9 tot 12 uur of op afspraak), of bij een van de vijftien verkooppunten in de regio, waaronder de Jumbo in Aardenburg. De wijngaard van ’t Biezenhof bevindt zich op het grondgebied van Eede, dat net als Aardenburg tot de gemeente Sluis behoort. Het dorp ligt tegen de Belgische grens aan, vlak bij het Vlaamse Maldegem in het Meetjesland, het landelijke gebied tussen Gent en Brugge. Bijna de helft van de ongeveer 900 inwoners van Eede bestaat uit Belgen. De plaats ontstond tijdens de Tachtigjarige Oorlog, nadat prins Maurits van Oranje-Nassau het gebied in 1604 veroverde. Tegen het einde van de Tweede Wereldoorlog lag Eede opnieuw in de frontlinie. Canadese troepen waren opgerukt tot aan het Leopoldkanaal, maar het 1 km noordelijker gelegen Eede was nog bezet. Op 17 september 1944 evacueerden de Duitsers het dorp en bliezen ze een groot deel van de huizen en gebouwen op om vrij schootsveld te krijgen. In de strijd ging er nog meer tegen de vlakte, zodat 90 procent van Eede was verwoest toen de Canadezen het dorp op 18 oktober 1944 bevrijdden. Na het verdwijnen van de bezetters zou het voor de hand hebben gelegen dat de plaats in de anonimiteit zou zijn verdwenen, ware het niet dat het nu nét Eede was waar koningin Wilhelmina voor het eerst weer voet op Nederlandse bodem zette na haar ballingschap in Engeland. Op 13 maart 1945 was dat, om precies te zijn. Later zou ze in haar autobiografie Eenzaam maar niet alleen opmerken dat dit een van de grootste gebeurtenissen uit haar leven was geweest. Op 13 maart 1954 onthulde koningin Juliana, die haar moeder in 1948 was opgevolgd, aan de rand van het dorp het Nationaal Monument ‘De Nederlandse Maagd’. Het beeld staat er nog steeds en herinnert uiteraard aan de Belgisch-Nederlandse grensoverschrijding van Wilhelmina. In 1984 heeft men drie onderdelen aan het monument toegevoegd: een geallieerd rupsvoertuig (een Bren Carrier), een plaquette met de namen van de Canadese regimenten die hier vochten en een plaquette met de namen van veertig oorlogsslachtoffers uit de toenmalige gemeente Aardenburg. Het beeld zelf bestaat uit een meisjesfiguur op een obelisk die het koninklijk wapen naar Nederland terugbrengt. Op de sokkel staat de volgende tekst: “Hier keerde op 13 maart 1945 onze landsvrouwe terug tot haar volk”. Het meisje kan onmogelijk wilhelmina voorstellen, Want die was in 1944 allang geen maagd meer. Maar oké, toch een mooie naam voor een monument. Deze wandelroute gaat niet naar Eede-dorp en naar het monument, maar voert weer in de richting van het pad langs de kreek, het mooiste wandelpaadje van Zeeland immers.