De mooiste natuur van Zuid-Afrika
Maak per fiets een safari in het Mlilwane Wildlife Sanctuary en ga tijdens een boottocht over het St. Lucia-meer op zoek naar nijlpaarden en krokodillen. Bekijk de indrukwekkende sculptuur op de Nelson Mandela Capture Site in Howick en neem de Flying Dutchman-kabelbaan naar Kaap de Goede Hoop. Dit is het mooiste van de natuur in Zuid-Afrika.
Op zoek gaan naar de ‘Big Five’ (leeuw, luipaard, olifant, buffel en neushoorn) is een van de grootste attracties in Zuid-Afrika, maar het land heeft ook een grote diversiteit aan prachtige landschappen te bieden. Van de woestijn aan de grens met Botswana tot de ruige kliffen van de Wild Coast en van de moerassen in het Isimangaliso Wetlands Park tot de ruim 2000 meter hoge bergen van het Golden Gate Highlands Nationaal Park. Spot de Kalahari-leeuw in het Kgalagadi Transfrontier Park, luister naar het lawaai van de Augrabies Falls en geniet in de lente van de eindeloze velden met wilde bloemen in Namaqualand Nationaal Park. Dit zijn de mooiste natuurgebieden van Zuid-Afrika (van noord naar zuid en van oost naar west).
1. Mlilwane Wildlife Sanctuary: safari per fiets of te paard
Het Mlilwane Wildlife Sanctuary ligt in het koninkrijk eSwatini (Swaziland), een enclave tussen Zuid-Afrika en Mozambique die iets groter is dan de helft van België. Het is het oudste reservaat in het land, opgericht in 1961 om het wild te beschermen. Tot die tijd waren landbouw en het winnen van tin in deze regio de belangrijkste bezigheden. Het landschap wordt gedomineerd door Nyonyane Mountain, met 1110 meter de hoogste piek, getopt met een kale en steile granieten rots.
Aan de voet van de berg strekken graslanden zich uit, waar onder andere zebra’s, gnoes en impala’s grazen. Bavianen zitten in de schaduw van bosjes of gombomen en gaan af en toe op avontuur, terwijl nijlpaarden en krokodillen zich schuilhouden in de meren en rivieren. Er komen geen gevaarlijke roofdieren zoals leeuwen of luipaarden voor in Mlilwane, dus maak van de gelegenheid gebruik om de safari eens niet vanuit een jeep, maar te paard of per mountainbike te doen.
2. Isimangaliso Wetlands Park: nijlpaarden en flamingo’s
Voor het Isimangaliso Wetlands Park reis je af naar de provincie Kwazulu-Natal in het oosten van het land. Aan een 280 kilometer lange kuststrook langs de Indische Oceaan vind je hier een bijzonder natuurgebied dat uit diverse ecosystemen bestaat. Hoge duinen begroeid met subtropisch bos volgen de stranden langs de kustlijn en moerassen van riet en papyrus grenzen aan de uitgestrekte savanne.
Maak een boottocht over het brakke St. Lucia-meer, een vogelparadijs waar pelikanen, flamingo’s en ijsvogels zich ophouden tussen het riet. Zeer indrukwekkend zijn de nijlpaarden die met hun snuivende neusgaten en kwispelende oren regelmatig hun opwachting maken aan het wateroppervlakte. Krokodillen vermommen zich als drijvende boomstammen en bespieden de prooien die zij op het oog hebben.
3. Golden Gate Highlands Nationaal Park: gierenbuffet
De schitterende gouden gloed die op de zandstenen rotsen schijnt bij zonsondergang bezorgde het Golden Gate Highlands Nationaal Park zijn naam. Het mooist komt dit tot uiting op de 150 meter hoge steile wand van de Brandwagrots, waarvan de top zich op 2050 meter bevindt. Dat is nog niet het hoogste punt van het park. Die eer valt te beurt aan de Ribbokkop, die met een hoogte van 2889 meter fier boven de rest van het berglandschap uitsteekt.
Het park ligt ten noorden van Lesotho en is nog vrij onbekend. Je ziet hier meer zebra’s, antilopen en gnoes dan bezoekers. Ook de zeldzame lammergier komt hier voor, een indrukwekkende roofvogel met een spanwijdte van 3 meter, die zich graag ophoudt in het hooggebergte. Rijd de 4,2 kilometer lange Oribi Loop en stop onderweg bij het zogenaamde ‘Vulture Restaurant’, een vogelobservatieplaats waar je kans maakt de gieren te zien die zich hier tegoed doen aan de door parkwachters neergelegde karkassen.
4. Hluhluwe-iMfolozi Park: redder van de witte neushoorn
In 1895 werd Hluhluwe-iMfolozi Park als eerste reservaat op het Afrikaanse continent opgericht. Het had voornamelijk als doel de bedreigde witte neushoorn te beschermen. In het zuiden vind je het iMfoloze-deel van het park, met vooral open savanne in het stroomgebied van de gelijknamige rivier. In het Hluhluwe-deel in het noorden is het heuvelachtiger en bosrijker. Het is een van de parken in Zuid-Afrika waar de zogenaamde ‘Big Five’ voorkomt: leeuw, luipaard, olifant, buffel en neushoorn.
Maak een safari met een open 4WD-voertuig. Voel onderweg het stof van een voorbijtrekkende kudde olifanten, ruik de doordringende geur van een passerende buffel en bewonder de ontzagwekkende neushoornpopulatie waar het park bekend om staat. De witte neushoorn (of breedlipneushoorn) is de grootste van de vijf neushoornsoorten en – in tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden – helemaal niet lichter gekleurd dan de zwarte neushoorn. Er is hier sprake van een vertaalfoutje: de Engelsen begrepen het Afrikaanse ‘wyde’ (verwijzend naar de lippen), als ‘white’.
5. Kwazulu-Natal Midlands: herinnering aan Nelson Mandela
De regio tussen de stad Pietermaritzburg en de Drakensberg Mountains, in het binnenland van de provincie Kwazulu-Natal, wordt de Midlands genoemd. Meren en rivieren doorsnijden de beboste heuvels en weilanden. Verken het gebied tijdens een rit over de Midlands Meander, een 80 kilometer lange autoroute langs diverse bezienswaardigheden. Geniet onderweg van de mooie uitzichten over het weidse landschap en houd een picknick langs de oevers van het Midmar-stuwmeer. Stop bij de verschillende ambachtslieden langs de route, waaronder pottenbakkers, mandenmakers en kaasmakers, die hun producten aan de man brengen.
Een bijzondere plek is de Nelson Mandela Capture Site in Howick, waar de latere president van Zuid-Afrika in 1962 werd gearresteerd waarna hij 27 jaar in gevangenschap doorbracht. Een indrukwekkende sculptuur, bestaande uit vijftig stalen kolommen tot ruim 9 meter hoogte, markeert de locatie. De kolommen zijn zo bewerkt dat je vanuit een bepaalde invalshoek het gezicht van Mandela erin herkent, terwijl ze vanuit een ander perspectief juist tralies lijken.
6. Achterland van Durban: vallei van de 1000 heuvels
Ten oosten van de stad Durban strekt zich de Vallei van de 1000 Heuvels uit, de benaming voor een regio waar verschillende natuurreservaten liggen waaronder het Krantzkloof Nature Reserve. De Umgeni-rivier – onderweg van de Drakensbergen naar de Indische Oceaan – stroomt door het groene heuvellandschap dat tot 734 meter hoogte reikt op Botha’s Hill, die langs de weg R103 ligt. Je vindt hier verschillende fraaie uitkijkpunten waarbij het met boerderijen en dorpen getekende landschap zich aan je voeten ontvouwt.
Neem een kijkje in het Krantzkloof Nature Reserve, waar de Molweni en de Nkutu (zijrivieren van de Umgeni) tot 350 meter diepe kloven in het landschap hebben uitgeslepen en waar verschillende watervallen over de rotsen naar beneden storten. Kloof Falls is met 90 meter de hoogste. Maak vanaf de Kloof Falls parkeer- en picknickplaats een 5,8 kilometer lange wandeling (retour) naar de voet van de waterval beneden in de canyon. Het hoogteverschil van 180 meter is op de terugweg een aardige uitdaging.
7. ‘Hole in the Wall’ aan de Wild Coast
De bijna 300 kilometer lange en gemiddeld 50 kilometer brede kuststrook in de provincie Oostkaap staat bekend als de Wild Coast. De naam stamt uit de zeevaart, omdat veel schepen langs deze ruige rotskust averij opliepen of zelfs compleet vergingen. Ook het kustplaatsje Coffee Bay dankt volgens de overlevering zijn naam aan een van deze onfortuinlijke schepen, waarbij een hele lading koffiebonen verloren ging. Deze spoelden aan land en ontkiemden, met als gevolg een grote hoeveelheid koffieplanten (waar overigens niets meer van over is).
Het is de armste regio van Zuid-Afrika, voornamelijk bevolkt door de Xhosa-stam. Hun typerende ronde huizen met strodaken zijn goed herkenbaar in het heuvelachtige landschap. Langs de kust is de Hole in the Wall een bijzondere plek. In deze in zee uitstekende rotspartij zit een tientallen meters hoog gat waar bij vloed de golven spectaculair omhoog klotsen. De Xhosa noemen het ‘esiKhaleni’: de plaats van veel lawaai. Ook zien zij het gat als de poort naar hun voorvaderen.
8. ‘The Big Seven’ in Addo Elephant Nationaal Park
Het Addo Elephant Nationaal Park ligt langs de beroemde 700 kilometer lange Tuinroute, in het zuiden van het land. Het wildpark doet zijn naam eer aan: er leven hier meer dan zeshonderd olifanten. Safaritochten worden vaak tijdens de schemeruren in de vroege ochtend en aan het eind van de dag gedaan, omdat de meeste dieren dan het meest actief zijn. Olifanten zijn echter niet van die vroege vogels. Zij gaan in de regel pas rond het middaguur op zoek naar water en voedsel.
Maak een tocht door het park om op zoek te gaan naar wild. Behalve olifanten leven hier niet alleen de overige coryfeeën van de Big Five, maar er is hier zelfs sprake van de unieke Big Seven, waar ook walvissen en witte haaien toe behoren. Het park ligt namelijk deels langs de kust van de Indische Oceaan en een stuk van Algoa Bay, met daarin liggende eilanden zoals Bird Island, is ook onderdeel van het park.
9. Kameelperden en Kalahari-leeuwen
Oranjerode zandduinen lichten vlammend op bij het opgaan van de zon, een grondeekhoorn manoeuvreert zijn dikke staart zodanig dat hij voor zichzelf schaduw creëert en een giraf doet zich voor het ontbijt te goed aan de blaadjes in de kroon van de kameeldoorn. Deze boom is ook naar hem genoemd: een giraf heet in het Afrikaans namelijk een ‘kameelperd’. Dit is het schouwspel tijdens het ochtendgloren in het Kgalagadi Transfrontier Park, dat samen met het Gemsbok National Park in Botswana sinds het jaar 2000 het eerste internationale Peace Park van het Afrikaanse continent vormt. Het is gelegen in het zuiden van de Kalahari-woestijn.
Door de schaarse begroeiing en de afgelegen locatie van het natuurgebied is de kans groot op het zien van veel wild. Het park leent zich dan ook bij uitstek voor het maken van safaritochten. Het meest bijzondere dier is de Kalahari-leeuw. Deze leeuwensoort heeft pikzwarte manen, wat nog verder bijdraagt aan zijn toch al imposante verschijning.
10. Augrabies Falls Nationaal Park: ‘plaats van veel lawaai’
Het Augrabies Falls Nationaal Park ligt in de provincie Noordkaap, tegen de grens met Namibië en beschermt het gebied rondom de Orange River Gorge. Dit is de grootste granieten kloof ter wereld met een lengte van 18 kilometer en een diepte van 240 meter. Met oorverdovend kabaal stort het water van de Orange River via de Augrabies Falls hier 56 meter de diepte in. Vooral aan het eind van de zomer – wanneer de rivier het meeste water heeft en er negentien naast elkaar stromende watervallen zijn – doet Augrabies Falls zijn naam eer aan. In de taal van de inheemse Khoi-stam betekent het namelijk ‘plaats van veel lawaai’.
Loop over het houten wandelpad langs de kloof bij Augrabies Falls en geniet van verschillende uitzichten op de watervallen vanaf de zes uitkijkplatforms. Opvallend in het park zijn verder de kokerbomen, kenmerkend voor dit woestijngebied en behorend tot de aloë-familie. De boom dankt zijn naam aan de holle takken die door de inheemse bevolking gebruikt werden als kokers voor hun pijlen.
11. Een zee van bloemen in Namaqualand Nationaal Park
Een stoffige halfwoestijn met diverse variaties cactussen en vetplanten is het grootste deel van het jaar een accurate beschrijving van het landschap in het aan de westkust gelegen Namaqua Nationaal Park. In de lente verandert het aanzicht in de valleien echter volledig. Ogenschijnlijk van de ene op de andere dag ontstaat er een eindeloos tapijt van felgekleurde wilde bloemen: van witte, gele en oranje madeliefjes tot de paarse inheemse geissorhiza splendidissima en de meerkleurige harlekijnbloemen.
Om de beroemde oranje bloemenvelden te zien, maak je de 5 kilometer lange rondwandeling over het Skilpad Walking Trail. Iets meer variatie in kleur vind je langs het 3 kilometer lange Korhaan Walking Trail. Beide wandelingen beginnen bij het Skilpad Office, waar ook wandelkaarten verkrijgbaar zijn. Tip: bezoek het park op een zonnige dag tussen 11.00 en 16.00 uur, wanneer de bloemen zich volledig openen en hun kopjes draaien naar de zon.
12. Cederberg Wilderness Area: sporen van San en Europeanen
Het Cederberg Wilderness Area, in de provincie West-Kaap is genoemd naar de gelijknamige bergketen die op zijn beurt de naam kreeg van de Clanwilliam-ceder, een inmiddels bedreigde boomsoort. Sinds de eerste Europese kolonisten in dit gebied neerstreken in de 18e eeuw, werden deze bomen gekapt voor het vervaardigen van huizen, meubels en later ook telefoonpalen. Je vindt nu nog een aantal exemplaren in de hogere regionen van dit tot 2000 meter hoge gebergte.
De oorspronkelijke inwoners van het rotsachtige berggebied waren de stammen van het San-volk. Zij leidden een nomadisch bestaan en leefden voornamelijk van de jacht. Overhellende kliffen en grotten in de bergen werden gebruikt als tijdelijke woonplaats. Bezoek de Stadsaal Cave en bewonder, bij het geluid van slechts de ruisende wind, de door de San achtergelaten rotstekeningen. Deze zijn naar schatting 1000 jaar oud en vertellen over de jacht, het verzamelen van voedsel en gebezigde rituelen. Het meest omvangrijk zijn de schilderingen van een kudde olifanten.
13. Langebaan Lagoon in West-Coast Nationaal Park
Rijd vanuit Kaapstad anderhalf uur naar het noorden en je arriveert in het West-Coast Nationaal Park. Dit natuurgebied beslaat een 30 kilometer lang kustlandschap langs de Atlantische Oceaan. Op de eilandjes in de Saldanha-baai broeden pinguïns, terwijl flamingo’s, struisvogels en zwarte kiekendieven zich langs de kust tegoed doen aan een visje of een insect. Languit op de rotsen luierende zeehonden zijn jaloersmakend en de wilde bloemen op het schiereiland Postberg in de lente een lust voor het oog.
De grootste publiekstrekker is de 16 kilometer lange en 3 kilometer brede Langebaan Lagoon, de ‘Jewel of the West Coast’. Het is een azuurblauwe zoutwaterlagune met een diepte tot 6 meter, die uitloopt in de Saldanha-baai. Relax op de witte zandstranden of maak een keuze uit de diverse watersporten, van zeilen tot kanoën en van snorkelen tot waterskiën. Sluit de dag af met een braai (Zuid-Afrikaanse barbecue) op de daarvoor bestemde plaatsen aan de kust.
14. Een ritje per Flying Dutchman in Cape Point Nature Reserve
Het Cape Point Nature Reserve maakt onderdeel uit van het Tafelberg National Park en bevindt zich aan het uiterste puntje van het schiereiland Kaap de Goede Hoop, 65 kilometer ten zuiden van Kaapstad. Onderweg stelen bavianen met hun brutale acties de show en lopen struisvogels statig in de rondte, terwijl dolfijnen hun capriolen laten zien langs de kust.
Het grootste icoon op Kaap de Goede Hoop is de oude vuurtoren die in 1859 werd gebouwd op een hoogte van 238 meter. Deze bleek niet effectief – aangezien mist er vaak voor zorgde dat de vuurtoren niet te zien was – en is dan ook niet lang in gebruik geweest. Neem de Flying Dutchman Funicular vanaf de parkeerplaats naar de oude vuurtoren en het uitkijkplatform voor een panoramisch uitzicht over de Atlantische Oceaan. Deze kabelbaan is genoemd naar het gelijknamige VOC-schip dat bij de Kaap is vergaan en volgens de overlevering in stormachtige nachten nog steeds als spookschip voor de kust verschijnt.