De leukste bezienswaardigheden van Brugge
Romantiek en historie, je vindt het beide volop in Brugge. Dwaal door het middeleeuwse centrum, drink een pint bij een 16e-eeuwse brouwerij of maak een rondvaart onder eeuwenoude bruggen. Dit zijn de leukste bezienswaardigheden van Brugge.
Wat te doen in Brugge?
Brugge is uniek: de historische binnenstad staat in zijn geheel op de Werelderfgoedlijst van Unesco. Dat mag eigenlijk een wonder heten: de ooit welvarende handels- en kunststad (de 14e eeuw is de Gouden Eeuw van Brugge) kampte eeuwenlang met oorlog, bezetting, verlies van z'n functie als belangrijke handelsstad en diepe armoede. Maar Brugge krabbelde op. Begin je ontdekkingsreis in het oudste deel van de stad: de ooit ommuurde Burg, het plein met de mooiste gebouwen van Brugge. Ook op je verlanglijst: het Begijnhof, het Belfort met z'n prachtige uitzicht en een romantische rondvaart. Ontdek de leukste bezienswaardigheden van Brugge.
1. Pronk en praal op de Burg
Rijkversierd en imposant. Op de Brugse Markt staat weliswaar het befaamde Belfort, maar een van de oudste (en mooiste) stadhuizen zie je op dat andere beroemde plein, de Burg. De versierdrift van de 14e-eeuwse bouwmeester lees je af aan de natuurstenen voorgevel: deze is van de top tot de grond gedecoreerd met beelden van historische figuren. Ook binnen is van soberheid geen sprake. Bewijs daarvan zijn de 19e-eeuwse muurschilderingen en in de Gotische zaal het goudgekleurde gewelf.
Daarmee houdt het 'feest voor de ogen' niet op. De Burg is omzoomd door gebouwen in renaissance en gotische stijl. Je leest als het ware de geschiedenis van de bouwkunst aan het plein af. De Basiliek van het Heilig Bloed springt in het oog door z'n uitbundige, 16e-eeuwse trappenhuis. In het museum in de basiliek bevindt zich de échte schat: het reliekschrijn van het heilig bloed vervaardigd uit 30 kilo goud en zilver en verrijkt met meer dan honderd edelstenen.
2. Varen in het Venetië van het Noorden
Naast Amsterdam, Giethoorn en zelfs Stockholm kreeg ook Brugge de illustere bijnaam 'Venetië van het Noorden'. Niet geheel onterecht, want de kleine kanaaltjes (Brugse 'reien') doen met een beetje fantasie aan de gondelrijke stad denken. Alleen neem je in Brugge niet de gondel of vaporetto, maar de open rondvaartboot. Goed voor een ontspannen tocht onder mooie en romantische bruggen en langs vele bezienswaardigheden.
Niet alleen de reien zijn beroemd, ook de vaak eeuwenoude bruggen die de oevers verbinden. Reismagazine Condé Nast Traveller koos De Minnewaterbrug als een van de '10 mooie bruggen om een aanzoek te doen'. Naast de Brooklyn Bridge in New York! De oudste brug is de Meebrug uit 1390. De Bonicaciusbrug is een van de meest fotogenieke bruggen.
3. De Halve Maan: pint pakken in oudste brouwerij
In Brugge bestel je niet zomaar een pintje. De Vlaamse stad is beroemd van schuimende klassiekers als 'Brugse Zot', 'Blanche de Bruges' en 'Straffe Hendrik'. Geesteskinderen van de enige stadsbrouwerij van Brugge: De Halve Maan. Al in 1564 vermeldde het stadsregister het bestaan van brouwhuis Die Maene op het Walplein, waarmee dit een van de ouste nog actieve brouwerijen van West-Europa is.
Een bezoek aan De Halve Maan is inmiddels een toeristische belevenis geworden. Volg bijvoorbeeld een rondleiding in de brouwerij, boek een proeverij of drink een trippeltje op het terras of in het verrassend moderne café. Daarna is een bezoek aan de bierwinkel 'evident'.
4. Belfort: mooiste uitzicht op Brugge
De blikvanger van Brugge is het 83 meter hoge Belfort. Wie het aandurft de 366 treden van het 13e-eeuwse monument te beklimmen, ontvangt als een beloning een weergaloos uitzicht op de stad. Op de plek van het huidige Belfort stonden in de middeleeuwen hallen waar voornamelijk wol en lakens werden verhandeld. Vandaar dat het Belfort ook 'Halletoren' wordt genoemd.
Waar diende het Belfort voor? In feite had de toren meerdere functies. Commercieel: in de hallen onder de toren werden ambachtsproducten met stadskeur verhandeld. Schatkamer: op de tweede verdieping bevond zich de schatkamer en stadsarchief. Omroepfunctie: de baljuw (vertegenwoordiger van de vorst) riep de reglementen op het balkon af, de zogenaamde Hallegeboden. Tenslotte konden vanaf de toren uitstekend vijandige troepen en brand worden ontdekt. 26 van de 47 klokken van de beiaard luiden nog steeds.
5. Proef de middeleeuwen in het Historium
Brugge is één groot openluchtmuseum. Maar het Historium voegt daar nog een dimensie aan toe: met virtual reality en een aantal speciale effecten kun je de middeleeuwen hier herbeleven. Via zeven verschillende zalen kom je terecht in de sfeer van de 15e eeuw. Leidraad is het atelier van kunstschilder Jan van Ecyk (1390-1441), die voornamelijk actief was in Brugge.
Bijna vanzelfsprekend kom je na een bezoek aan het Historium in de bijbehorende bierbar terecht, het Duvelorium, waar je naast een Duvel ook andere Belgische pintjes kunt uitproberen. Een ander genot geeft een bezoek aan het Panoramaterras, waar je fraai uitkijkt op de Grote Markt.
6. Verstilde pracht van het Begijnhof
Mooi in al hun eenvoud, zo zou je de witgeschilderde huisjes van Prinselijk Begijnhof Ten Wijngaerde kunnen noemen. Ze zijn gebouwd tussen de 16e en 18e eeuw, maar het Begijnhof zelf bestond al veel eerder. In 1245 gaf Margaretha van Constantinopel, gravin van Vlaanderen, opdracht tot het bouwen van het complex dat destijds onderdak bood aan arme, godvruchtige meisjes die in de lakenindustrie werkzaam waren. Vandaar dat het Begijnhof dicht bij water stond, noodzakelijk voor het behandelen van het laken.
Nu is het een genot om in alle rust deze bijzondere plek te ervaren. De kloosterfunctie van weleer werd in 1927 hersteld. Er wonen nog steeds nonnen in het Begijnhof. Een van de begijnhuisjes is als museum ingericht. Je ziet hier onder andere schilderijen, 17e- en 18e-eeuwse meubels en kantwerk. Het interieur van de gerestaureerde Begijnhofkerk heeft een sober barok karakter.
7. Twee buitenbeentjes: het Friet- en het Chocolademuseum
De twee grootste culinaire passies van de Belgen komen samen in het Frietmuseum en het chocolademuseum Choco Story. De vraag is: wat valt over deze lekkernijen te vertellen? Maar beide musea duiken serieus in de geschiedenis van respectievelijk de (gesneden) aardappel en cacao. Bekijk de huacos, oude keramische potten uit de Inca-periode in de vorm van aardappelen. Choco Story heeft een collectie van ruim duizend voorwerpen die de geschiedenis van de chocolade tot leven brengen.
Proeven kan in deze musea voor lekkerbekken volop. De middeleeuwse kelder van het Frietmuseum is ingericht als snackbar, waarbij de frieten natuurlijk van grote klasse zijn. In Choco Story mag je proeven van de pralines die de chocolatiers ter plekke maken. Een van de leukste attracties is de pralineworkshop. Leer de fijne kneepjes van het vak.
8. Shop till you drop in de Steenstraat
De Steenstraat is de belangrijkste winkelstraat van Brugge en wordt in één adem genoemd met de Brusselse Nieuwstraat, de Gentse Veldstraat en de Antwerpse Meir. Je vindt er alle grote winkelketens (kleding, schoenen), maar ook een paar prima chocolatiers. Veel winkels hebben een eeuwenoude voorgevel, waardoor de Steenstraat ook voor niet-shoppers aantrekkelijk is.
Het bewijs is niet onomstotelijk geleverd, maar de Steenstraat bestond waarschijnlijk al voor de inval van de Romeinen. Zij hebben het traject opgeknapt en toegevoegd aan het wegennet dat bekend staat als de Romeinse heerwegen. De herkomst van de naam 'Steenstraat' is in nevelen gehuld. Misschien verwijst de naam naar het feit dat het een van de eerste Brugse straten was die verhard werd en van straatstenen werd voorzien.
9. Bloed van Jezus: Heilig Bloedbasiliek
Je kunt de Heilig-Bloedbasiliek gerust als een heiligdom beschouwen. In deze 'dubbelkapel' bevindt zich namelijk de relikwie der relikwieën: het Heilig Bloed van Jezus. Al zijn het maar een paar druppels in een flesje, dat een paar uur per week is te zien én op Hemelvaartstdag tijdens de Heilig Bloedprocessie in een schrijn door de stad wordt vervoerd. De sobere, romaanse benedenkapel vormt een groot contrast met de rijkversierde en kleurrijke bovenkapel.
Hoe zit het met de herkomst van het Heilig Bloed van Jezus? Na zijn tweede kruistocht zou Diederik van de Elzas, graaf van Vlaanderen, enkele druppels bloed van Jezus naar Brugge hebben gebracht. De officiële overhandiging was op 7 april 1150. Het eerste geschreven document over het Heilig Bloed dateert echter van 1256, wat doet vermoeden dat het bloed pas later dan 1150 in Brugge is terechtgekomen.
10. Vlaamse primitieven in het Groeningemuseum
Van Jan van Eyck tot René Magritte: het Groeningemuseum omvat maar liefst zes eeuwen Belgische beeldende kunst. Het museum is internationaal vermaard om z'n collectie Vlaamse primitieven, die tot de mooiste ter wereld wordt gerekend. De belangrijkste meesters van de vroeg-Nederlandse schilderkunst uit de 15e en begin 16e eeuw die in het museum hangen: Jan van Eyck, Hans Memling en Hiëronymus Bosch. Regelmatig zijn er prestigieuze tentoonstellingen van internationale allure.
De Vlaamse Primitieven schilderden - anders dan hun naam doet vermoeden - heel verfijnd. Ze werkten in de 15e en begin 16e eeuw voornamelijk rond de bloeiende steden Brugge, Gent, Leuven, Doornik en Brussel. Hier was het economische en politieke machtscentrum. De Vlaamse Primitieven onderscheiden zich door hun verfijnde olieverftechniek en een zeer gedetailleerde weergave van de werkelijkheid. Ook in de religieuze beeldtaal wordt dit realisme toegepast.
11. Jan van Eyckplein: plein met allure
In de middeleeuwen was het Jan van Eyckplein het 'Manhattan' van Bourgondisch Brugge. Een bruisende haven waar handelaars uit heel Europa samen kwamen. Nog altijd is het plein statig, met z'n border van voorname panden zoals de Poortersloge en het Oude Tolhuis. In het midden van het plein staat een standbeeld van een van de beroemdste zonen van de stad: Jan van Eyck.
De 15e-eeuwse Poortersloge was oorspronkelijk bedoeld als ontmoetingsplaats van de poorters, de Brugse commerciële elite. Nu worden er geregeld exposities van moderne kunst gehouden. Kijk goed naar de gevel, want daar zie je een beertje. Dit 'Beertje van de Loge' was de mascotte van de ontspanningsvereniging die in de Poortersloge was gevestigd. Het beertje vind je ook terug op het wapenschild van Brugge.
12. Middeleeuwse geneeskunst in het Sint-Janshospitaal
Een beetje griezelig, maar leerzaam: het Sint-Janshospitaal stelt instrumenten ten toon waarmee in de middeleeuwen zieken werden behandeld. Dat ging er lang niet altijd zachtzinnig aan toe, blijkt uit de tangen, hamers en ondefinieerbare instrumenten die je gelukkig (allang) niet meer terugvindt in het moderne ziekenhuis. Het Sint-Janshopitaal is een van de oudste hospitaalgebouwen in Europa. De vroegste sporen dateren van midden 12e eeuw.
Een van de hoogtepunten van het Sint-Janshospitaal is de apotheek met een authentiek interieur uit het midden van de 17e eeuw. Daar is onlangs een aparte ervaring aan toegevoegd. Via een speciale installatie kun je de geur van de 18e eeuw opsnuiven. Die geur werd ontwikkeld op basis van het receptenboek van 'zuster-apothecaresse' Eleonora Verbeke (1713-1786). Een unieke ervaring!