De leukste bezienswaardigheden van Noordrijn-Westfalen

Van het draaiende dak van de Sint Lambertuskerk in Düsseldorf en het Beethoven-wandelpad in Bonn tot de razende achtbanen in Phantasialand en het grootse wintersportgebied Sauerland. De leukste bezienswaardigheden van Noordrijn-Westfalen bieden voor ieder wat wils.

Wat te doen in Noordrijn-Westfalen?

Wip van Enschede tot Maastricht over de grens en je bevindt je in de westelijke deelstaat Noordrijn-Westfalen. Een strook van ongerepte natuur en bruisende steden die door 29.000 kilometer aan wandel- en fietsroutes met elkaar verbonden zijn. Bewonder de indrukwekkende rotsformatie Externsteine in het Teutoburgerwoud en trotseer net als Beethoven de Drachenfels-berg in het Zevengebergte. Liever wat stadse reuring? Bezoek in Keulen de Dom, de grootste kathedraal van Duitsland, of stop tijdens je fietstocht in Münster bij het Kunstmuseum Pablo Picasso. Ga voor een adrenalinekick naar pretpark Phantasialand of zoek juist de stilte op tijdens de Honderd Kastelen-fietsroute. Dit zijn de leukste bezienswaardigheden van Noordrijn-Westfalen.

1. Treed in de voetsporen van Beethoven in Bonn

In het zuiden van de deelstaat Noordrijn-Westfalen ligt Bonn, de voormalige hoofdstad van West-Duitsland. De stad is ook de geboorteplaats van de componist Ludwig van Beethoven, die hier in 1770 het levenslicht zag. Zijn ouderlijk huis is tegenwoordig het Beethoven Haus-museum. In de twaalf kamers van de woning staat het leven van Beethoven centraal: van portretten van de componist tot originele theateraankondigingen voor een van zijn concerten.

Dwars door Bonn – en de directe omgeving – loopt het Beethoven-wandelpad. Een 15 kilometer lange route langs 22 locaties die beslissend waren in Beethovens leven. Zo wandel je van het ouderlijk huis naar de Remigius-kerk, waar hij orgel leerde spelen op tienjarige leeftijd, en langs de begraafplaats waar zijn moeder begraven is. Buiten de stad bezoek je een favoriete plek van Beethoven: Drachenfels. Hier zocht hij de rust van de natuur op om inspiratie op te doen voor zijn muziek.

2. Met het tandradspoor over de Drachenfels-berg

Tegen de zuidkant van Bonn ligt het natuurreservaat Zevengebergte. Waar vanaf de Romeinse tijd tot ver in de 19^e eeuw voornamelijk basalt werd gewonnen voor de bouw van wegen en kastelen, zie je hier nu een laken van loofbomen waar de Rijn gemoedelijk doorheen stroomt. Zeldzame vogelsoorten als de zwarte specht en grijze gors vliegen weer door het bladerdak en vleermuizen zoeken onderdak in de spleten en kieren van de voormalig steengroeve.

Een van de bergen in het reservaat is de 321 meter hoge Drachenfels. Beklim deze net als Beethoven en wandel naar de ruïne van de gelijknamige burcht op de top. Of pak de Drachenfelsbahn: het oude tandradspoor dat sinds 1883 de steile hellingen (tot 20 procent hellingsgraad) van de berg trotseert. Uitzichten over het reservaat en de Rijn gaan hier als een meergangendiner aan je voorbij en zijn nog altijd om bij weg te dromen.

3. Het kunstmuseum Pablo Picasso in Münster

Münster is een echte fietsstad. Hier heb je ruime keuze uit diverse routes die door heel de stad starten. Van de 5 kilometer lange fietspromenade rondom het stadscentrum tot de Honderd Kastelen Route en dagtochten van 20 tot 50 kilometer door het glooiende landschap buiten de stad. Rondom het centrum, waar tot de 18^e eeuw stadsmuren Münster omarmden, fiets je nu onder een groen lint aan lindebomen door.

Stop onderweg bij het Kunstmuseum Pablo Picasso, gelegen aan de zuidkant van Münster. Hier staan meer dan achthonderd kunstwerken van de Spaanse kunstenaar in wisselende exposities. Aanschouw vrijwel zijn gehele arsenaal aan lithografieën: een druktechniek die werkt door drukinkt en vet van elkaar te laten afstoten. Dit zie je terug in bijvoorbeeld Woman in Armchair, waar donkere vlekken doordrenkt zijn met inkt en witte vlakken bijna weerspiegelen door het vet.

4. De 100 Kastelen Route: ‘koningin van de Duitse fietsroutes’

Rondom het hoofdzakelijk vlakke Münster kringelt de Honderd Kastelen Route door weilanden en langs burchten en paleizen. Deze fietsroute is verdeeld over vier etappes: vernoemd naar elke windrichting en variërend van 210 tot 310 kilometer. Samen vormen de trajecten een 987 kilometer lange verbinding tussen de ruim honderd kastelen van de regio. Volg de borden met een groene kasteelpoort en passeer parels van monumenten als Burg Vischering in Lüdinghausen en kasteel Nordkirchen in de gelijknamige plaats.

Dat het 18^e-eeuwse kasteel Nordkirchen ook wel het ‘Versailles van Westfalen’ wordt genoemd, komt door de symmetrie in de barokke bouwstijl en tuinen. Geef je been- en bilspieren even rust van het fietsen en wandel langs de omringende gracht en over de gesnoeide gazons. Frisgroene buxushagen – in vormen vergelijkbaar met de fleur-de-lis – steken af tegen het witte grind en de baksteenrode muren van het kasteel.

5. Het verborgen veenmoeras van Teutoburgerwoud

In het noordoosten van Noordrijn-Westfalen, ongeveer 100 kilometer ten oosten van Münster, ligt het Teutoburgerwoud. Een natuurgebied van gemengde en loofbossen, heidevelden en grillige rotspartijen, zoals de 40 meter hoge Externsteine. Dertien zandstenen zuilen vormen dit imposante natuurverschijnsel: een van de pilaren heeft wat weg van een gebalde vuist die boven de Wiembecke-vijver uittorent.

Een relatief onbekende parel in het Teutoburgerwoud is het Grote Veenmoeras tussen Hille en Lübbecke. Ruim elfhonderd wandel- en fietspaden leiden je hier door het gebied. Deels over houten vlonders die enkele centimeters boven de grond zweven en deels door het aangrenzende gemengde bos. Onderweg haasten hagedissen zich over het hout, op zoek naar de beste plek in de zon. Reigers balanceren tijdens het vissen op een been. Het enige dat je hoort, is het geruis van wuivende rietpalmen in de wind dat de stilte doodt.

Zin om te gaan? Bekijk onze 3-, 4-daagse autovakantie Teutoburgerwoud.

6. Het Altenbeken Viadukt: Europa’s grootste spoorbrug

Aan de voet van het Egge-gebergte in het Teutoburgerwoud loopt de 30 kilometer lange wandelroute Viadukt Wanderweg. Op deze route staat de grootste stenen spoorbrug van Europa: het Altenbeken Viadukt. De 24 bogen van de brug overspannen het 482 meter brede Beke-dal en reiken tot 30 meter boven de grond. Breng een bezoek in het donker wanneer talloze lampen de crèmekleurige brug in een gouden gloed hullen. Het viaduct staat dan ook niet voor niets bekend als de ‘gouden brug’.

De wandelroute start bij de oude stoomlocomotief uit 1944, die in het centrum van het dorp Altenbeken staat. Vanaf hier wijzen blauwe borden met een afbeelding van de gouden brug je de weg door weilanden en loofbossen. Rust uit bij het observatieplatform en kijk uit over de brug en de treinen, die hier sinds 1853 voorbijkomen richting alle uithoeken van Duitsland.

7. Het draaiende dak van Düsseldorfs Sint Lambertuskerk

In Düsseldorf, de hoofdstad van de deelstaat Noordrijn-Westfalen, vind je een opmerkelijke bezienswaardigheid: de Sint Lambertuskerk aan de oever van de Rijn. Het zijn niet de extravagante ornamenten of gotische punttorens die hier opvallen, maar het gedraaide dak dat gelijk in het oog springt. Na een brand in 1815 begonnen werkzaamheden aan het dak waar vers gekapt hout voor werd gebruikt. Bouwvakkers waren alleen vergeten dat dit hout nog moest drogen en dan zou krimpen. Het gevolg was een onbedoelde draaiing waardoor de kerktoren lijkt te dansen in de wind.

Ondanks het sobere uiterlijk heeft de kerk een stralend interieur. Gelijk bij binnenkomst valt het met bladgoud vergulde altaar op, aan het einde van rijen houten gebedsbanken. Ook de sacramentstoren uit 1478 schittert in het licht. In tegenstelling tot de buitenkant van de kerk, wemelt het hier van de gotische ornamenten als beelden van de heilige Lambertus.

8. Sauerland: het ‘land van de duizend bergen’

Op 240 kilometer rijden vanuit Utrecht ligt het gebied Sauerland, een oase van rust in vergelijking met het aangrenzende Ruhrgebied. Deze regio wordt ook wel het ‘land van de duizend bergen’ genoemd vanwege de vele bergen die als een groene band door Noordrijn-Westfalen kruipen. Opvallend is dat het er geen duizend zijn maar 2711, waarvan Langenberg de hoogste is met 843 meter.

In de koude wintermaanden (januari tot maart) tovert Sauerland zich om tot een waar winterparadijs en het grootste wintersportgebied ten noorden van de Alpen. Er staan 150 skiliften klaar om je de bergen op te takelen waar je via 45 skipistes weer vanaf kan dalen. Onderweg razen met sneeuw bedekte loofbomen als een witte vlek aan je voorbij en vliegt opstuivend sneeuw om je oren.

9. Een dag familiepret in Phantasialand

Een dag in het pretpark Phantasialand staat garant voor familieplezier. Met meer dan veertig attracties verdeeld over zes themagebieden, is er voor ieder wat wils. Duik in de wereld van Steampunk in Rookburgh en stap in de unieke Flying Launch Coaster-achtbaan. Net nadat je van het station bent weggereden, draait je stoel in een horizontale positie en word je liggend gelanceerd. Met bungelende benen vlieg je door sissende stoomwolken soepel door de bochten met luchtballonnen op de daken van de bijgebouwen.

Reis door Afrika met de Black Mamba, de zwarte hangachtbaan die als een razende slang met 80 kilometer per uur door ravijnen en tunnels sjeest. Doordat je benen los hangen, beweeg je alle kanten op in de vier loopings en ga je rakelings langs de rotsblokken. Ook voor de allerkleinsten is er volop keuze. Zij zweven door de lucht in de zweefmolen, spuiten elkaar nat op de Octowuzy-waterspeelplaats en vliegen rondjes met de papagaai-trein.

10. De duivelse klok van de Dom van Keulen

In het hart van Keulen staat de bekendste bezienswaardigheid van de stad: de Dom van Keulen. Het is een monument waar je niet omheen kunt. De twee torens steken als een koninklijk echtpaar ruim 150 meter boven de stad uit, de Pietersklok is met 24 ton de zwaarste ter wereld en met een lengte van 145 meter is de kathedraal de grootste in Duitsland.

Naast de rijke geschiedenis schuilen er legendes en sagen achter de kathedraal, waaronder die van de duivelse klok. Het verhaal gaat dat toen klokkenmaker Wolf een nieuwe klok voor de dom moest maken, er tot drie keer toe op precies dezelfde plek een scheur ontstond. Bij de vierde poging was hij zo wanhopig dat hij de klok opdroeg aan de duivel in plaats van aan God. Ditmaal scheurde de klok niet, tot hij voor de eerste keer luidde. Een verslagen Wolf sprong van de kerk en sindsdien klonk de klok alleen bij helse branden.