Dubbeltest Mini Cooper vijfdeurs vs. Lancia Ypsilon MHEV
21 maart 2025 De Mini stuurt fijner, maar de Lancia is praktischer in gebruik
Wie op zoek is naar een kleine gezinsauto die anders is dan anders, moet haast wel elektrisch gaan rijden. Houd je het liever bij benzine, dan is de spoeling dun. De Mini Cooper vormde altijd al een alternatief, maar is de nieuwe Lancia Ypsilon geen aansprekender keuze..?
Ruimte
De Mini mag dan flinker ogen dan de Lancia; in werkelijkheid is de Ypsilon in vrijwel alle opzichten de grotere auto van de twee. Dat geldt niet alleen voor de breedte en lengte, maar bijvoorbeeld ook voor de kofferbakinhoud: 352- in plaats van 275 liter.
De vijfdeurs Cooper is echter leverbaar met een variabele bagagebodem, zodat er een vlakke laadvloer ontstaat. Wel met een fikse kier tussen de laadvloer en de neergeklapte rugleuning helaas. De Lancia heeft niet alleen een hoge tildrempel; de laadopening is ook smal. En omdat een variabele bagagebodem ontbreekt, mis je een vlakke laadvloer.
Middenconsole loopt door
Op de achterbank van de Mini zitten volwassenen met hun benen klem. Vanwege het optionele glazen dak schiet ook de hoofdruimte achterin tekort. Vervelender is nog, dat de middenconsole doorloopt tot aan de zitting van de achterbank; je kunt dan ook eigenlijk geen drie passagiers op de achterbank van de Cooper kwijt.
De Ypsilon is geen ruimtewonder, maar daarin kun je de rugleuning van de voorstoel tenminste nog tussen je benen klemmen. De hoofdruimte valt voor volwassenen ook hier tegen. De middenconsole loopt weliswaar niet tot aan de achterbank, maar hij komt alsnog een eind het inzittendengedeelte binnen. Bovendien is de middentunnel hoog; ook achterin de Lancia vormen drie passagiers daarom een uitdaging.
De Mini heeft zulke kleine deurtjes, dat het zowel voor- als achterin vouwen wordt. Het is een crime om je kind in een kinderzitje te krijgen; als ouder zit je al gauw klem in de deuropening. De portieren van de Lancia zijn op zich groot genoeg, maar de achterdeuren gaan maar beperkt open: daardoor wordt fatsoenlijk in- en uitstappen alsnog lastig.
Rijgedrag
Voor wie geïnteresseerd is in een Mini, is dit natuurlijk het voornaamste testonderdeel: de aansprekende rijeigenschappen. Toen moederbedrijf BMW enkele jaren geleden overstapte van achter- naar voorwielaandrijving, waren de goede ervaringen die met Mini waren opgedaan de enige reden waarom er onder trouwe klanten geen opstand uit brak.
De sportstand in de Cooper luistert naar de naam ‘Go-Kart’ en dat dekt precies de lading: het is alsof je weer een kind bent en op jouw skelter door de buurt sjeest. Vlezige besturing, heerlijke stoelen, directe gasrespons. De basis mag dan 10 jaar oud zijn; van het rijden in de vijfdeurs Mini krijg je onverminderd een hele dikke glimlach op je gezicht.
Soortgelijke techniek, meer vermogen
De Lancia is een mild hybride; dat wil zeggen dat er een extra grote startmotor in zit, die als elektrische hulpmotor figureert. Je komt op die manier geluids- en emissieloos van zijn plek. Bovendien geeft de hulpmotor een extra zetje tijdens het accelereren. Mini past dergelijke techniek ook toe, maar dan met meer vermogen: de gecombineerde aandrijflijn is in de Cooper goed voor 156 pk en een maximum koppel van 230 Nm.
Daar kan de Lancia niet tegen op; die levert 100 pk en 205 Nm koppel. Met dit verschil, dat er achter de Ypsilon wel-, maar achter de Mini géén aanhanger kan: het trekgewicht van de vijfdeurs Cooper is 0 kilogram, dat van de Lancia 640 kilo.
Eerder chique dan sportief
Lancia heeft door de jaren heen grote successen behaald in de rallysport, maar de door ons gereden Ypsilon is eerder chique dan sportief. De kleine gezinsauto is bovendien niet feilloos. De banden maken het nodige rumoer en de zestraps automaat ‘verslikt’ zich nog wel eens; op lage snelheid voel je de bak nadrukkelijk schakelen.
De stoelen zitten zo zacht als ze er uit zien, alleen zijn de zittingen aan de korte kant. De Lancia stuurt wel precies en de vering en demping is mooi afgewogen: niet te week en niet te straf. Dat is de keerzijde van alle rijdynamiek die de Mini biedt: de Cooper is zó hard geveerd, dat de variabele bagagebodem in de kofferbak kleppert bij het nemen van een verkeersdrempel.
Verbruik
Net als alle andere autofabrikanten moet Mini aan steeds strengere milieuregels voldoen. Voorheen hoefde je de sportstand nooit in te schakelen, want zo’n Cooper reed in de reguliere rijmodus al kwiek genoeg. Maar laat je de instellingen ongemoeid, dan zul je merken, dat de Mini zo snel mogelijk opschakelt naar de hoogste versnelling, ten behoeve van een zo gunstig mogelijk verbruik.
Leuk voor je portemonnee, maar niet voor je gehoor: de driecilinder draait op die momenten zo weinig toeren, dat de krachtbron hinderlijk begint te brommen. De Lancia heeft ook verschillende rijstanden. Alleen in de sportstand wordt de driecilinder niet afgeknepen. Ongeacht de gekozen rijmodus kun je altijd nog zelf de schakelmomenten bepalen, door middel van flippers achter het stuur.
Keerzijde van de medaille is wel, dat de Ypsilon bij een sportieve rijstijl een grotere dorst aan de dag legt. Wij realiseerden een praktijkverbruik van 1 op 16,6. Toen we de vijfdeurs Mini bij de importeur ophaalden, stond er nog geen 250 kilometer op de klok: de testauto was nagelnieuw. Dat heeft zijn weerslag op het verbruik, want goed ingereden was de Cooper nog niet. We lazen 1 op 15,6 af op het dashboard: dat moet een stuk(je) zuiniger kunnen.
Veiligheid
In de standaarduitvoering biedt de Mini een rijkere veiligheidsuitrusting dan de Lancia. Maar het aantal rijhulpsystemen in de door ons gereden topmodellen ontloopt elkaar niet veel. Alleen ben je daar in het geval van de Ypsilon voor op een duurdere uitvoering aangewezen.
Dode hoek bescherming, adaptieve cruise control, snelheidswaarschuwing: het is in beide testkandidaten aan boord. Die snelheidswaarschuwing kun je in de vijfdeurs Cooper trouwens met één druk op de knop uitschakelen; in de Ypsilon heb je daar twee knoppen voor nodig. Wanneer je andere rijhulpsystemen wilt uitschakelen, vraagt de Lancia eerst om een bevestiging. Hinderlijk én onveilig, want daardoor kijk je onnodig lang op je infotainmentscherm in plaats van op de weg.
Ondanks de rijke veiligheidsuitrusting is dit niet het testonderdeel van de Cooper. Hij heeft namelijk kleine raampjes en dikke raamstijlen en dan loopt het dak ook nog eens ver door; een bekende Mini-kwaal. Want vooraan bij het verkeerslicht moet je dan dus uit je stoel om te kunnen zien of het al groen is.
Gebruiksgemak
De duurste Ypsilon die je op benzine kunt kopen, is gemaakt in samenwerking met een prestigieus Italiaans meubelmerk. De uitvoering valt te herkennen aan zijn prachtige velours bekleding en een heus koffietafeltje onderaan de middenconsole.
Nu wordt de Ypsilon zowel op stroom als benzine verkocht. In het geval van de elektrische Lancia heeft zo’n tafeltje nog enig nut. Je kunt er bijvoorbeeld jouw laptop op laten rusten tijdens een laadstop. Wat je ermee moet in een brandstofauto, ontgaat ons echter volkomen. Er blijft niets op liggen, want trouwens ook geldt voor de draadloze oplaadmogelijkheid van je mobiele telefoon. In de Mini heeft die draadloze oplaadmogelijkheid een handig klepje, zodat jouw smartphone op zijn plek blijft.
Vlekken en krassen
De deurgrepen van de Lancia zijn rond. Geheel in lijn met de rest van het interieur, maar het grijpt nou niet bepaald lekker beet. De voorste ramen kunnen niet helemaal naar beneden. De pianolak op de middentunnel vlekt en krast. En eenmaal op de achterbank is alle Italiaanse flair verdwenen, want daar zijn de deuren bekleed met knalhard kunststof.
Toch hebben we dat allemaal liever dan de belangrijkste onhebbelijkheid van de Mini; het Mini ID. Je zou denken dat je voor het aanschafbedrag de volledige beschikking krijgt over jouw Cooper, maar nee! Mini wil namelijk dat je een profiel aanmaakt.
Favoriete muziek
De gedachte daarachter is sympathiek: wanneer jij jouw Cooper deelt met je partner, zorgt zo’n profiel ervoor dat de stoel bij het instappen op jouw stand komt te staan en de radio jouw favoriete muziek begint te spelen. Een extraatje, niet essentieel.
In onze optiek zou het opstellen van zo’n Mini ID een vrije keuze moeten zijn, maar in de praktijk is het dat niet. Weiger je namelijk om dat te doen, dan kun je iedere dag opnieuw de volgende zaken instellen: het head-up display, je stoel, de taal én de koppeling met je smartphone. Want de Mini onthoudt dat soort zaken dus niet!
Maak je wel een profiel aan, dan onthoudt de Cooper weliswaar jouw voorkeuren maar zul je elke rit het juiste profiel moeten kiezen. Daar gaat best wat tijd overheen. Daar heb je niet altijd zin in, laat staan tijd voor. In dat geval start de auto op in de fabrieksinstellingen. Wég zijn al jouw voorkeuren! En als je denkt; dat zet ik onderweg wel recht? Jammer, maar helaas: het wisselen van Mini ID kan alleen wanneer de auto stilstaat.
Prijs
Hoewel Lancia een eeuwenlange historie kent, zat het merk de afgelopen twaalf jaar in het slop. De fabrikant voerde nog maar één model – de Ypsilon – en dan alleen in thuisland Italië. Voorheen was Lancia eigendom van Fiat. Tegenwoordig valt het merk onder de imposante paraplu van het Stellantis concern. Het heeft 10 jaar gekregen om zichzelf te bewijzen; bij tegenvallende resultaten valt alsnog het doek.
Uiteraard begint Lancia dan met een auto waarmee het al decennialang successen boekt. De Ypsilon is een kleine gezinsauto op hetzelfde platform waarop ook de huidige Opel Corsa en Peugeot 208 worden gebouwd. Dat zou je niet zeggen als je ‘m ziet: de B-segmenter heeft ontegenzeggelijk een eigen smoel, zowel van buiten als van binnen.
Anders dan de buurman
Hij is alleen wel wat duurder. Waar de prijslijst van de Corsa en 208 begint rond de 26 mille, ben je voor de voordeligste Ypsilon minstens € 30.800 kwijt. Kies je liever voor private lease, dan kost de Lancia je minimaal € 449 per maand, waar de Opel en Peugeot al voor honderd euro minder bij je voor de deur staan. Maar goed, jij wilt persé iets anders rijden dan de buurman!
Voor die meerprijs profiteer je overigens van een 100 pk sterke mild hybride benzinemotor, automatische versnellingsbak, automatische airconditioning en draadloze Apple CarPlay. Zaken die bij Opel en Peugeot niet standaard worden meegeleverd.
Van motoraanduiding naar typenaam
Nieuw is in het geval van de Mini relatief: hij oogt bij de tijd, maar staat onderhuids nog op het platform van het uitgaande model, dat het 10 (!) jaar heeft volgehouden. De voordeligste Cooper - da’s tegenwoordig de typenaam; je kunt er niet langer de hoeveelheid vermogen uit opmaken - kost je € 34.990. Da’s het bedrag dat hoort bij een driedeurs Cooper; de prijslijst van de door ons geteste vijfdeurs uitvoering start bij € 36.490 of € 569 per maand in het geval van een private lease contract.
Het kost wat, maar dan krijg je ook heus wel wat: een automatische transmissie bijvoorbeeld, klimaatcontrole en draadloze Apple CarPlay. Bovendien heeft de Mini een aantal belangrijke zaken op de Lancia voor: een krachtiger benzinemotor bijvoorbeeld, een rijkere veiligheidsuitrusting en een jaar langer fabrieksgarantie: drie- in plaats van twee, met voor beide merken een onbeperkt aantal kilometers.
Bescheiden meerprijs
Kijken we naar de door ons gereden testauto’s, dan hebben we het in het geval van de Lancia over een Edizione Cassina; die samenwerking met dat vooraanstaande meubelmerk. Dan zit zo’n beetje het complete boekje op deze Lancia, van stoelmassage tot de complete aanvullende veiligheidsuitrusting.
Maar nou komt het: dan ben je bij de Italianen ‘maar’ € 33.800 kwijt, slechts drie mille extra ten opzichte van het instappertje. De Mini in zijn John Cooper Works-uitdossing - want hij ziet er alleen uit als het hete bommetje uit Mini’s line-up; hij levert niet het bijbehorende vermogen - kan al bij jou voor de deur staan vanaf € 41.382.
Hoewel de tweekleurige lak en de racestrepen op de motorkap bij die prijs inbegrepen zitten, geldt dat niet voor de speciale lichtmetalen wielen, het glazen dak en het zogenaamde XL-optiepakket, met daarin onder meer een head-up display en die handige draadloze telefoonoplader. De totale kosten van onze testauto bedragen € 49.439; dertien mille meer dan de eenvoudigste vijfdeurs Cooper en bijna € 16.000 duurder dan de Lancia uit dit vergelijk.
Winnaar
Bij aanvang van deze dubbeltest vroegen wij ons af welke van deze twee kleine gezinsauto’s de betere keuze is wanneer je iets anders op de oprit wilt dan de buurman. Mini heeft daar een dusdanig verdienmodel van weten te maken, dat je buurman misschien geen Cooper rijdt, maar de overbuurman wel! En toch is geen enkele Mini hetzelfde; een hele prestatie.
Daar komen die aanstekelijke rijeigenschappen dan nog eens bovenop, plus een hoogwaardige interieurafwerking. Op die onderdelen moet de Ypsilon zijn meerdere in de Cooper erkennen. Maar de Lancia is ontegenzeggelijk de meest praktische van de twee en de enige optie wanneer je écht iets bijzonders wilt rijden; zoveel rijden er immers (nog) niet van rond. Je houdt ook nog eens een boel geld op zak én je hoeft geen profiel aan te maken om van al zijn functionaliteiten te profiteren. Daarmee schrijft de Ypsilon dit vergelijk op zijn typenaam.
Op zoek naar een occasion?
Op anwb.nl vind je een actueel occasionaanbod, verrijkt met een richtprijs volgens de ANWB-koerslijst en de ANWB autotest inclusief de bevindingen van de Wegenwacht. Zo ook van de vijfdeurs Mini en Lancia Ypsilon.