De mooiste bezienswaardigheden van Spanje

Van grillige kusten en steile bergen in het noordwesten tot schitterende pleinen en statige architectuur in het oosten. Een land vol historische schatten, waar rijkelijk versierde kathedralen boven steden uitsteken. Dit zijn de mooiste bezienswaardigheden van Spanje.

España, het land waar de geur van sinaasappelbomen en jasmijn in je neusgaten dringt. Het land is versierd met historische schatten. Van Moorse paleizen in de warme zon tot muurschilderingen van Neanderthalers diep onder de grond. De steden en natuur zijn zó mooi, dat veel kunstenaars het land als atelier gebruikten. Het tempo ligt hier net iets lager. Fijn, want ‘tranquilo’ is de beste manier om te genieten van de mooiste bezienswaardigheden van Spanje.

Wat te doen in Spanje?

1. De recordbrekende grotten van Nerja

Toen in 1959 vijf jongeren op vleermuizenjacht gingen in de stad Nerja, ontdekten ze bij toeval de toegang naar een grot. Een groep deskundigen onderzocht de grot en kwam uit op een reusachtig (35.000 vierkante meter) ondergronds gangencomplex, dat niet lang erna werd opengesteld voor het publiek. Diep in de duisternis van de grotten liggen waardevolle natuurlijke en culturele schatten verborgen. Recordbrekende schatten.

Neem de zes muurschilderingen van zeehonden. Voor zover bekend de enige artistieke werken die door Neanderthalers werden gemaakt. Met een leeftijd tussen 42.000 en 43.500 jaar oud zijn dit de oudste tentoongestelde kunstwerken van de wereld. Nog zo’n bijzonder record wordt gevormd door een samenvoeging van stalagmiet en stalactiet. Met een hoogte van 32 meter en een oppervlakte van 13 bij 7 meter, bewonder je de grootste zuil van de wereld en de langste stalactiet. Tip: de koelte van de grot is een welkome afwisseling na een warme stranddag, maar vergeet niet een jas mee te nemen.

2. Het atelier van Gaudí: Barcelona

Barcelona en Antoní Gaudí zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Bijna nergens anders heeft een architect zo duidelijk zijn stempel gedrukt op een stad. Hoewel niet iedereen vertrouwen had in de architect – zijn leraar twijfelde of hij nu gek of juist geniaal was – zijn Gaudí's levenswerken niet meer uit het straatbeeld weg te denken.

Neem de Sagrada Família: de grootste trekpleister van Barcelona. De eerste steen werd in 1882 gelegd en de kerk is nog steeds niet af. Dat zou eigenlijk ook raar zijn. De ‘Onvoltooide’, zoals de Sagrada Família in de volksmond wordt genoemd, hoort met haar hoog in de hemel prijkende torens in de steigers te staan. Een andere parel is Parc Güell, een park waar eigenlijk een tuindorp met woningen had moeten staan. Maar als je Antoní Gaudí de vrije hand gaf, moest je maar afwachten wat je kreeg. In dit geval een ‘Hal van Honderd Zuilen’, een kronkelende bank van gebroken keramiek en een salamander van mozaïek.

3. De parel van de woeste noordkust: Bilbao

De Spanjaarden weten het al lang: Noordwest-Spanje is een van de mooiste streken van hun land. De zee is er woester, de stranden stiller. Met in het noordwesten de steile bergkliffen van de Pyreneeën en in La Rioja glooiende heuvels vol wijngaarden. Stop tijdens je reis langs de noordkust in vissersdorpen zoals Getaria om de frisse witte Txakoli-wijnen te proeven – heerlijk bij vis en zeevruchten.

Een uitblinker aan de noordkust van Spanje is de plaats Bilbao. Een lelijk eendje dat uitgroeide tot een mooie zwaan. Tot de vroege jaren negentig was Bilbao een wat vieze havenstad. Tegenwoordig is dat wel anders. Bilbao is uitgegroeid tot een juweel van moderne architectuur. Het Guggenheim Museum, het Euskalduna Conferentie- en Muziekcentrum en zelfs de fraai vormgegeven metrohaltes tonen de dynamiek van de stad.

4. Ervaar het leven van een Moorse vorst in Alhambra

In het Alhambra, een middeleeuws fort en paleis in Granada, kun je het leven van de Moorse sultans ervaren. Alhambra, ‘qasr alhamrā’ in het Arabisch, vertaald naar ‘rood paleis’. Een naam die te danken is aan het gebruik van rode klei in de bouwstenen. Het fort (Alcazaba) kijkt vanaf de top van een heuvel neer op het centrum van Grenada. Tussen de muren van het fort vind je Arabische Nasriden-paleizen, imposante christelijke kerken en middeleeuwse torens. Rust uit in de schaduw van de tuinen van zomerpaleis Generalife.

Indrukwekkend aan het Alhambra is dat de paleizen rijkelijk versierd zijn met Moorse decoraties uit de overheersing van Yusuf I (1333 – 1354). De architectuur is prachtig. Marmeren zuilen en vloeren contrasteren met plafonds bestaand uit fijn houtwerk en booggewelven met geometrische figuren. 

5. De kleurrijke wijken en schitterende pleinen van Sevilla

Een bruisende universiteitsstad, die verleidt met prachtige monumenten, heerlijke tapasbars en vrolijke flamenco-lokalen. De stad bestaat uit verschillende kleurrijke wijken, waaronder Santa Cruz. Verdwaal hier in een wirwar van straatjes gekleurd met bloemrijke balkons en ontdek verscholen pleintjes. Moe geworden van het slenteren? Heerlijke tapas-restaurants en typisch Spaanse barretjes zijn nooit ver weg.

Het halvemaanvormige plein Plaza de España is een aanrader. Dit boegbeeld van de stad is opgetrokken in een hoeveelheid van stijlen, maar vormt op de een of andere manier toch een eenheid. Vooral de invloeden van de Spaanse renaissance zijn goed terug te vinden. Op de gevel bevinden zich 48 wandschilderingen met Andalusische tegeltjes die samen de Spaanse provincies met hun wapenschild vormen. De bruggen symboliseren op hun beurt de vier oude Spaanse koninkrijken van zo’n vijf eeuwen geleden.

6. Op de rand van het ravijn: de Moorse stad Ronda

Het stadje Ronda balanceert op de rand van een klif die door de rivier Guadalevin in tweeën is gehakt. De rivier heeft een diepe kloof uitgesleten die bekend staat als ‘Tajo de Ronda’. De stad wordt omringd door prachtige riviervalleien die het best te bewonderen zijn vanaf de monumentale brug Puente Nuevo. Deze 98 meter hoge Moorse brug verbindt het oude centrum met het nieuwe gedeelte van de stad.

Ook in de stad zelf zijn schatten uit de Moorse tijd te vinden. Bezoek het Arabische badhuis, daterend uit de 13de eeuw. Bewonder de restanten van de oude stadsmuren en poorten, die er samen met de unieke ligging voor zorgden dat Ronda een van de meest onneembare steden van Andalusië werd. Een verkoelende duik neem je bij ‘Cueva del Gato’, de kattengrot die haar naam dankt aan de entree van de grot die lijkt op het gelaat van een kat.

7. De historische tempels en fleurige straten van Córdoba

Een moskee die omgebouwd werd tot kathedraal? Die vind je in het historische centrum van Córdoba. De Mezquita is een spectaculair bouwwerk dat in het jaar 784 werd neergezet door de Moren. Let op de imposante deuren als je de ex-moskee betreedt: ze zijn omlijst door gekalligrafeerde teksten en ingelegde stenen. Op de mooie binnenplaats komt de geur van sinaasappelbomen je tegemoet. Ontelbare pilaren met bogen zorgen voor spannende doorkijkjes.

Witte huizen vol met kleurrijke bloemen, ook dat is Córdoba. Elk jaar strijden de inwoners van Córdoba om de mooiste bloemenpatio’s en binnenplaatsen. De straten zijn versierd met duizenden bloemen op de grond, tegen de muren of hoog aan de daken. De kleuren, die door de Spaanse zon nog feller lijken, zijn in combinatie met de intense geur van de bloemen een feest voor de zintuigen.

8. Spektakel op het koningspad: El Caminito del Rey

Ook voor avontuur zit je goed in het zonnige Andalusië. Wandel, als je durft, over het koningspad: el Caminito del Rey. Dit spectaculaire wandelpad met een hoogte van 100 meter is niet voor mensen met hoogtevrees maar verwent je met fantastische uitzichten. In 1990 stond deze route door verval bekend als ‘het gevaarlijkste wandelpad van Europa’, maar na een groot renovatieplan is het pad nu veilig en geschikt voor iedereen.

Het pad was oorspronkelijk aangelegd om het vervoer van goederen en personeel tussen de Choro- en de Gaitanejo-watervallen makkelijker te maken. Dit was nodig voor de bouw aan energiecentrales. Met deze wandeling treed je in de voetsporen van de Spaanse koning Alfonso XIII, die bij de inhuldiging van de dam ‘Conde del Guadalhorce’ het pad gebruikte. Het pad dankt zijn naam – dat letterlijk ‘het kleine pad van de koning’ betekent – aan deze vorst.

9. Op de fiets door het diverse en smakelijke Valencia

Valencia, aan de oostkust van Spanje, is perfect om te ontdekken op de fiets. Begin je tocht in Turia-park. Een voormalige rivier die na een enorme overstroming werd drooggelegd en omgetoverd tot een prachtig park dat het oude centrum van Valencia omarmt. Eindig je fietstocht bij Ciudad de las Artes y las Ciencias. Een modern complex van gebouwen die een bijzonder contrast vormen met de historische architectuur van de binnenstad. Bezoek hier het grootste aquarium van Europa of ontdek de wereld van wetenschap in het wetenschapsmuseum.

Honger gekregen na je fietstocht? Valencia is de bakermat van paella. Of koop iets lekkers in Mercado Central, een levendige markt gevestigd in een schitterende jugendstilhal. Je weet hier soms niet of je naar boven of beneden moet kijken. Kramen vol lokale en typisch Spaanse producten zoals serranoham en salchichon onder een dakconstructie van staal, keramiek en glas. Proef de cocktail ‘Agua de Valencia’, die je met een inhoud van wodka, gin, cava en sinaasappelsap zeker niet moet drinken als water.

10. Het surrealistische levenswerk van Dalí in Figueres

Veel kunstenaars hebben zich laten inspireren door het grillige landschap van de Costa Brava, maar niemand had zo’n nauwe band met de landschapsvormen van de woeste kust als de surrealist Salvador Dalí. Hij werd in 1904 in Figueres geboren en heeft een groot deel van zijn leven in deze kuststreek doorgebracht.

In de jaren zestig en zeventig creëerde Dalí in zijn geboorteplaats het Teatre-Museu Dalí. Het museum huisvest een groot deel van zijn levenswerk. Eigenlijk begint de collectie al buiten, van de beelden bij de ingang tot de roze muur met z'n opvallende eivormen. Lopend door een labyrint van schilderijen, beeldhouwwerken en hologrammen voelt het museum wat chaotisch aan. Terwijl je het werk bewondert, vraag je jezelf af of dat niet het plan van de kunstenaar was. Het voelt alsof je een tocht door de wilde en creatieve geest van de kunstenaar maakt.

11. Belofte van koning Jaime I aan Mallorca: kathedraal La Seu

Omstreeks 1200 was Mallorca in handen van de Arabieren, tot ongenoegen van de Spaanse koning Jaime I. Op weg naar het heroveren van de stad kwam hij in een hevige storm terecht. Een schietgebed volgde: als hij de storm zou overleven zou Jaime I een kerk bouwen ter ere van de heilige maagd Maria. Na veilige aankomst hield de koning zijn woord, hij bouwde een kathedraal op de plek van de door de Arabieren gebouwde moskee. De bouw zou uiteindelijk vierhonderd jaar duren.

De buitenkant is afgewerkt in renaissancestijl en het interieur in barokstijl, versierd met altaarstukken, schilderijen en sculpturen. Antoni Gaudí gaf de finishing touch aan de kathedraal. Hij ontwierp kroonluchters en herkleurde de glas-in-lood-ramen. Die 61 gebrandschilderde ramen geven La Seu de bijnaam: ‘Kathedraal van het Licht’. De mooiste is het centrale roosvenster van glas in lood. Met een doorsnede van 12 meter zorgt het raam bij zonsopgang voor een kleurrijk lichtschouwspel.

12. Geniet van de eeuwige lente op Tenerife

Voor wuivende palmen en een lekker winterzonnetje hoef je niet ver te reizen. Na ongeveer vier uur vliegen ben je op Tenerife, het grootste eiland van de Canarische Eilanden. Door de ligging bij het Afrikaanse continent (400 kilometer van de Marokkaanse kust) en de tropische passaatwind schommelt het kwik er het hele jaar door gemiddeld tussen 20 en 25 graden. Niet voor niets staan de Canarische Eilanden bekend als ‘eilanden van de eeuwige lente’.

Tenerife wordt voornamelijk gesymboliseerd door de vulkaan Pico del Teide, die met 3718 meter de hoogste berg van Spanje vormt. Ongeveer een half miljoen jaar geleden ontstaan doordat een gigantische oervulkaan zichzelf opblies. Voor het authentieke Tenerife reis je naar het noorden, waar meer regen zorgt voor meer groen. Een duidelijk contrast met het kalere vulkanische landschap van het zuiden. Bezoek leuke vissersstadjes als Garachico of bewonder los Gigantes: de hoogste kliffen van Europa (800 meter) en laat je verbazen door de 500 jaar oude Drakenbloedboom in Icod de los Viños.